Energiebehoefte > hoeveelheid energie die je nodig hebt hangt af van: - Activiteit > meer bewegen = meer energie - Leeftijd > kleine kinderen minder energie nodig dan volwassenen - Geslacht > mannen meer energie nodig dan vrouwen - Omgevingstemperatuur > bij kou meer verbranding om temperatuur te behouden
Grondstofwisseling > hoeveelheid energie die lichaam in rust gebruikt voor alle lichaamsprocessen
Slide 2 - Tekstslide
9.2 Gezond gewicht
Ondervoed / Anorexia / Overgewicht
Ondervoed > te weinig voedingsstoffen, daardoor ziek
Anorexia > weinig eten en niet kunnen stoppen met afvallen, zelfvertrouwen door door gewicht onder controle te houden
Overgewicht > meer voedingsstoffen binnenkrijgen dan je verbruikt - kans op hart- en vaatziekten, suikerziekte, kanker en problemen met spieren en gewrichten
Slide 3 - Tekstslide
9.2 Gezond gewicht
Body Mass Index (BMI)
BMI > bepalen of je te dik of te dun bent - lengte in kolom 1 - gewicht in kolom 2 - leg liniaal langs beide punten - lees kolom 3 af of je gewicht gezond is - blz. 149; bron 2
Slide 4 - Tekstslide
9.2 Gezond gewicht
Wat? Maken 9.2 – Opdracht 1 t/m 8
Hoe? Blz. 148 t/m 152
Hulp? Eerst overleggen met buur, daarna docent vragen.
Tijd? 10 minuten
Uitkomst? Opdracht 1 t/m 8 is af.
Klaar? Samenvatting dikgedrukte woorden maken (lijst).
timer
10:00
Slide 5 - Tekstslide
9.2 Gezond gewicht
Leerdoel(en) van deze les:
Je kunt de onderdelen van een tand of kies benoemen
Je kunt uitleggen waarom suiker slecht voor je gebit is
Je kunt uitleggen hoe je hart en bloedvaten gezond blijven
Slide 6 - Tekstslide
9.2 Gezond gewicht
Waarom is suiker slecht voor je?
Veel zoete voedingsmiddelen eten leidt tot tandbederf - Gaatjes in het glazuur - Bacteriën in je mond zetten suikers om in een zuur - Dit zuur lost het glazuur op > gaatjes
Tandbederf voorkomen > minimaal 2x per dag poetsen - haalt tandplak weg > tandplak = kleverig laagje van bacteriën en voedselresten - tandpasta met fluor
Slide 7 - Tekstslide
9.2 Gezond gewicht
Onderdelen tanden/kiezen
Glazuur > buitenste laag van gebit - is heel hard en beschermt tegen beschadigingen
Tandbeen > zachter dan glazuur; bevat bloedvaten en zenuwen
Cement > laagje tussen tandbeen en kaak
Wortel > deel van tand of kies dat in kaak vastzit
Kroon > deel dat boven je kaak uitsteekt
Slide 8 - Tekstslide
9.2 Gezond gewicht
Hoe houd je je hart en bloedvaten gezond?
Kransslagader > slagader; voorziet de hartspier van glucose en zuurstof
Kransader > ader; voert afvalstoffen af richting de holle ader
Hartinfarct > een deel van de hartspier krijgt onvoldoende glucose en zuurstof en sterft af - dankzij verstopping van de kransslagader door bijv. te veel cholesterol
Slide 9 - Tekstslide
9.2 Gezond gewicht
Gezonde en ongezonde vetten
Gezonde vetten > onverzadigde vetten - goed voor hart en bloedvaten - zijn op kamertemperatuur meestal vloeibaar > olijfolie
Ongezonde vetten > verzadigde vetten - slecht voor hart en bloedvaten - cholesterol > vetachtige stof die ophoopt in bloedvaten - bij kamertemperatuur meestal hard > roomboter
Slide 10 - Tekstslide
9.2 Gezond gewicht
Wat? Maken 9.2 – Opdracht 9 t/m 16
Hoe? Blz. 152 t/m 156
Hulp? Eerst overleggen met buur, daarna docent vragen.
Tijd? 10 minuten
Uitkomst? Opdracht 9 t/m 16 is af.
Klaar? Samenvatting dikgedrukte woorden maken (lijst).
timer
10:00
Slide 11 - Tekstslide
9.2 Gezond gewicht
Leerdoel(en) van deze les:
Je kunt uitleggen wat suikerziekte is en waardoor deze ziekte ontstaat
Slide 12 - Tekstslide
9.2 Gezond gewicht
Wat is suikerziekte?
Suikerziekte > diabetes - maken te weinig insuline of ongevoelig voor insuline - hierdoor te weinig glucose opgeslagen in de lever - te veel glucose in het bloed > wordt uit geplast - hierdoor te weinig glucose in bloed tussen maaltijden in
Meten is weten :) Tussen maaltijden in glucosegehalte meten - is het glucosegehalte te laag? > dan snel iets eten of drinken - is het glucosegehalte te hoog? > insuline inspuiten in lichaam
Slide 13 - Tekstslide
9.2 Gezond gewicht
Wat? Maken 9.2 – Opdracht 17 t/m 20
Hoe? Blz. 157 t/m 158
Hulp? Eerst overleggen met buur, daarna docent vragen.
Tijd? 10 minuten
Uitkomst? Opdracht 17 t/m 20 is af.
Klaar? Samenvatting dikgedrukte woorden maken (lijst).