In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
16.05.2024
Schritt 6
Grammatik: starke Verben
Slide 1 - Tekstslide
Wie waren die Ferien? Schicke das Foto und beschreibe es auf Deutsch!
Slide 2 - Open vraag
* du kennst starke Verben;
* du kannst starke Verben im Präteritum und Perfekt verstehen, konjugieren und anwenden
Slide 3 - Tekstslide
Programm
Schritt 6
wrts
Lesson Up
Slide 4 - Tekstslide
Starke
Verben
Slide 5 - Tekstslide
Lernziele starke Verben
Je weet wat het verschil tussen een sterk en een zwak werkwoord is
Je kent enkele sterke werkwoorden in het Duits
Slide 6 - Tekstslide
Wat is een sterk werkwoord? Hoe herken je deze?
Slide 7 - Woordweb
Oefening 1
Maak via de volgende slides de eerste oefening over het sterke werkwoord aan. Geef van iedere zin aan of het een zwak of sterk werkwoord is. Het werkwoord staat aan het eind van de zin.
Slide 8 - Tekstslide
Ich habe auf dem Markt eine Wassermelone gekauft.
A
zwak werkwoord
B
sterk werkwoord
Slide 9 - Quizvraag
Wir sind bis Mitternacht auf der Party geblieben.
A
zwak werkwoord
B
sterk werkwoord
Slide 10 - Quizvraag
Vincent hat gesten einen Unfall gebaut.
A
zwak werkwoord
B
sterk werkwoord
Slide 11 - Quizvraag
Guten Morgen, hast du gut geschlafen?
A
zwak werkwoord
B
sterk werkwoord
Slide 12 - Quizvraag
Oefening 2
Maak de volgende online oefening.
Slide 13 - Tekstslide
https:
Slide 14 - Link
Oefening 3
Maak de volgende online oefening.
Beantwoord daarna de open vragen.
Slide 15 - Tekstslide
https:
Slide 16 - Link
1.Wir haben in einem Café noch etwas (trinken) .........
Slide 17 - Open vraag
2.Seid ihr alleine in die Stadt (gehen).......
Slide 18 - Open vraag
3.Was hast du alles in diesem teurem Restaurant (essen) .......?
Slide 19 - Open vraag
4. Wir sind nach Hamburg (fahren) ............... .