V6 Literatuur 25

De tijden veranderen 1960-1980
Welkom 
V6!
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

De tijden veranderen 1960-1980
Welkom 
V6!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
  • Tien minuten lezen
  • Terugblik
  • Literatuur 25 - De tijden veranderen
  • Zelf aan de slag!
  • Terugblikken en vooruitkijken

Aan het einde van deze les:
  • ken je minstens drie voorbeelden van 'taboedoorbrekende' schrijvers
  • ken je het verschil tussen neorealisme en neoromantiek


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar moest je als kunstenaar lid van zijn om je werk te publiceren in WOII?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat houdt de vorm-of-ventdiscussie in?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Juiste volgorde
A
Vernietiging & vernietiging/De tijden veranderen/Vorm of vent
B
Vorm of vent/De tijden veranderen/Vernietiging & vernieuwing
C
Vorm of vent/Vernietiging & vernieuwing/De tijden veranderen
D
De tijden veranderen/Vorm of vent/Vernietiging & verandering

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Protest!
  • ​Weg met burgerlijke waarden en zekerheden uit de jaren ‘50! Jongeren zijn zeer betrokken bij allerlei maatschappelijke ontwikkelingen en komen op voor hun vrijheid, voor democratisering en voor een wereld waarin liefde, begrip en vrede heersen. Jongeren worden in het gezin, op school en de universiteit steeds meer benaderd als volwaardige burgers. ​
  • De democratisering zet ook door in de literatuur: romans en poëzie komen uit als goedkope pocket of paperback en niet meer in luxe gebonden edities. Het maakt literatuur betaalbaar en toegankelijk voor iedereen. In een samenleving waar het gezag ter discussie staat, verliest de Literatuur met een hoofdletter L ook zijn gezag. De literatuur komt langzaam uit zijn ivoren toren.



Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Rumoer
  • 'Ik lees niet, ik word gelezen.'
  • Om aandacht te krijgen, moet je zorgen voor rumoer.
  • Schelmenroman over het leven van schrijver en schilder Jan Cremer (gaat op reis, schildert, vertelt verhalen, versiert vrouwen en rijdt motor)
  • Geniet van alles wat God verboden heeft dit levert veel kritiek op.


Slide 9 - Tekstslide

Schelmen roman: Roman over een ‘schelm’, d.w.z. iemand die allerlei streken uithaalt en zich daarbij vaak niet aan de regels van wet en moraal houdt, maar die wel de sympathie van de lezer heeft.
Rumoer
  • Critici vinden het een verderfelijk boek.
  • Ouders verbieden hun kinderen het te lezen.
  • Uiteraard lezen die het wel (uit alle sociale lagen).
  • Begin jaren 60.


Slide 10 - Tekstslide

Schelmen roman: Roman over een ‘schelm’, d.w.z. iemand die allerlei streken uithaalt en zich daarbij vaak niet aan de regels van wet en moraal houdt, maar die wel de sympathie van de lezer heeft.
Welk nieuw product hielp bij Jan Cremers populariteit?
A
Hardcovers
B
Paperbacks
C
Mobiele telefoons
D
Kabeltelevisie

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opstap naar het postmodernisme
Postmodernisme is een radicale voortzetting van het modernisme en existentialisme en zal tot de 21e eeuw het wereld- en mensbeeld beheersen.

Verschil met modernisme is dat de postmodernist niet gelooft in een leidend principe als het rationalisme, socialisme, liberalisme of christendom. 

Term wordt pas vanaf 1980 gebezigd, maar de voorbodes waren in de jaren '60 al duidelijk zichtbaar.

Slide 12 - Tekstslide

Het postmodernisme is een radicale voortzetting van het modernisme en existentialisme, en zal het wereld- en mensbeeld tot in de 21ste eeuw be-
heersen. 
Voorbodes van het postmodernisme
Allerlei burgerlijke waarden en zekerheden worden op losse schroeven gezet en zullen de samenleving een nieuw aanzien geven en ook de literatuur. 

Het tweede deel van Ik, Jan Cremer verschijnt in 1966 en wordt bekroond met de literaire prijs van Amsterdam. En dat terwijl het eerste deel vooral werd bekrititiseerd door de literaire wereld!

De tijden veranderen.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Culturele revolutie
Protestlied 'The Times They Are-A-Changin' van Bob Dylan = popcultuur

De popcultuur en de vernieuwingsbewegingen strekken zich voor het eerst uit over de gehele wereld.

  
Oorzaken: 
- welvaart
-de draagbare en betaalbare transistorradio 
- en vooral het nieuwe medium televisie 

Jongeren gaan zich anders kleden, gedragen en denken, en zetten zich af tegen de leefpatronen en ideeën van hun ouders.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie zijn toch die mensen die protesteren en alles anders willen?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Babyboomers aan het roer!
De na de oorlog geboren babyboomers vormen een brede protestbeweging die zich met een optimistische toekomstvisie op ludieke wijze afzet tegen de gevestigde orde, taboes doorbreekt en experimenteert met nieuwe levenswijzen.

'Love, peace and understanding' is het wereldwijde credo van de jeugd. Er is een sterk geloof in een betere toekomst en in de maakbaarheid van de samenleving. 

Slide 16 - Tekstslide

Babyboomers: de geboortegolf die in veel West-Europese landen en de Verenigde Staten optrad vlak na de beëindiging van de Tweede Wereldoorlog.
Culturele revolutie
Belangrijke thema's van de protestgeneratie zijn: 

  • democratisering van de macht
  • seksuele vrijheid
  • liberalisering van softdrugs
  • gelijke kansen voor iedereen
  • (internationale) solidariteit
  •  minder milieuvervuiling
  • antikapitalisme en antimilitarisme. 

Slide 17 - Tekstslide

Babyboomers: de geboortegolf die in veel West-Europese landen en de Verenigde Staten optrad vlak na de beëindiging van de Tweede Wereldoorlog.
Democratisering en commercie 
  • Goedkope pockets en paperbacks (i.p.v. luxe gebonden edities) 

  • Het maakt literatuur betaalbaar en minder elitair. 

  • Het succes van Ik, Jan Cremer is misschien vooral te danken aan deze verandering: niet een kostbare gebonden uitgave, maar een betaalbare paperback.


Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Democratisering en commercie 
Literatuur wordt een booming business: 
  • door de welvaart
  • het groeiende bevolkingsaantal
  • een hoger opleidingsniveau 

Democratisering literatuur:
Radio en tv geven maar wat graag zendtijd aan excentrieke schrijvers die geen blad voor de mond nemen. De auteurs zien op hun beurt dat al die media-aandacht zorgt voor hoge verkoopcijfers.


Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Seksuele revolutie

De seksuele revolutie was een maatschappelijke omwenteling in de kijk op seksuele omgang en de seksuele moraal. Deze verandering greep plaats in de jaren '60 - '80 van de 20e eeuw. In het verlengde hiervan ligt de genderideologie.
  • individuele beleving in plaats van op huwelijk en gezin
  • seksuele omgang werd, mede door de introductie van de pil als effectief anticonceptiemiddel, losgemaakt van de voortplanting
  • seksuele omgang werd losgemaakt van het huwelijk
  • seksuele omgang bleef niet beperkt tot één partner

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vernietiging en vernieuwing
De tijden veranderen
Existentialisme
Seksuele revolutie
De Grote Drie
Paperbacks

Slide 21 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Seksuele revolutie Literatuur
  • Een mannelijke aangelegenheid

  • Schrijvers: Jan Wolkers, Jan Cremer, Gerard Reve en Remco Campert

  • Doorbreken van seksuele taboes

  • Hun kijk op seksualiteit is expliciet mannelijk

  • Van gelijkwaardigheid tussen man en vrouw is nog geen sprake


Slide 22 - Tekstslide

 Pas in de jaren '8o, als er een nieuwe generatie jonge vrouwelijke auteurs aan
het woord komt, krijgt ook de vrouwelijke
seksualiteit een stem.
Emancipatie jeugdliteratuur 

Emancipatie in de jaren '60 en vooral '70 

  • In 1965 krijgt Annie M.G. Schmidt de Staatsprijs Voor kinder- en jeugdliteratuur. 

  • Het is de erkenning van de jeugdliteratuur als literair genre.

  • Verbeelding, stijl en literaire techniek in de jeugdliteratuur doen niet langer onder voor die voor volwassenen.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Emancipatie jeugdliteratuur 

  • Het Schrijverscollectief: (o.a. Willem Wilmink) schrijft voor allerlei kinderprogramma's vernieuwende liedjes en gedichten over seksualiteit, pesten, oorlog, discriminatie, echtscheiding en milieuvervuiling.

  • Kortom, over het volle leven. 

  • Het is gedaan met de betutteling. 

  • Jongeren worden in het gezin en op school steeds meer benaderd als volwaardige en autonome personen.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Meerstromenland in de poëzie
Vanaf jaren '60 geen hoofdstroom, maar meerdere naast elkaar. 
- Autonomische poëzie: De Vijftigers gaan door met experimenteren            steeds abstracter en moeilijker te doorgronden (Kouwenaar en Favery)
- Daarnaast voortzetten symbolische poëzie van voor WOII, vraagt ook veel van de lezer (o.a. Gerlach en Jellema)

Haaks op deze twee stromingen: dichters die tegen de 'vage woordgoochelarij' van de Vijftigers zijn, doel            poëzie uit isolement halen en toegankelijker maken voor breed publiek



Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Neorealisme

  • Eigen tijdschrift 'Barbarber' (Schippers en Bernlef)
  • Radicaal realisme - wars van beeldspraak
  • Inspirator is Duchamp: als bekende dingen hun vanzelfsprekendheid verliezen, dan ervaar je de werkelijkheid opnieuw




  • Vroman neemt aparte plaats in, sluit zich niet aan bij Barbarber. Zij zien hem echter wel als hun 'peetvader', gedichten waarin aandacht voor het alledaagse gepaard gaat met droom en verbeelding
  • Buddingh sluit zich later ook aan, ook hij zorgt dat je alledaagse zaken anders ervaart en je erover verwondert

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Neoromantiek - overeenkomsten met neorealisten:

  • Inspiratiebron de alledaagse werkelijkheid
  • Voorkeur voor alledaagse taal
  • Combinatie nuchtere waarneming van het gewone en verwondering


Neoromantiek - verschillen met neorealisten:

  • Gevoel uitdrukken: melancholie, verlangen en ontroering
  • Gevarieerder gebruik van stijlmiddelen: ironie, beeldspraak understatement + woordspelingen
  • Bereiken wél een groot publiek
Auteurs: Rutger Kopland, Neeltje Maria Min, Dorresteijn


Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


A
Neorealisme
B
Neoromantiek

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

neorealisme of neoromantiek en waarom?

Slide 29 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Schrijvers
  1. Jan Wolkers
        Was een Nederlands schrijver, beeldhouwer en schilder. (Terug naar Oegstgeest en Turks                fruit). Hij weigerde verscheidene prijzen. De holocaust en het oorlogsgeweld spelen dan 
        ook een prominente rol in zijn oeuvre.

  1. De grote drie: 
  • Harry Mulisch
       Naoorlogse schrijvers. Voelde zich zeer betrokken bij de grote veranderingen die de                           maatschappij doormaakte.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijvers
2. De grote drie: 
  • Gerard Reve
       Was een Nederlands schrijver en dichter. Zijn bekendste werken zijn De avonden. De auteur            raakte nogal eens in opspraak en gaf vaak aanleiding tot publieke debatten. Hoewel zijn                  literaire kwaliteiten altijd min of meer onomstreden zijn geweest, werd Reve juist om zijn                thematiek en provocaties door velen verguisd en door vele anderen bewonderd.
  • Willem Frederik Hermans
       Is toch zeker de meest gevreesde schrijver geweest. Al snel na de Tweede Wereldoorlog                 vestigde Hermans zijn reputatie als ‘kwelgeest van de Nederlandse letteren’. In diverse                     kritieken (polemische essays) beschimpte hij de Nederlandse politiek, zijn collega-auteurs             en de Nederlandse literatuur, die in zijn ogen niets voorstelde.

Slide 31 - Tekstslide

Een essay is een beschouwende prozatekst of een artikel over een wetenschappelijk, cultureel of filosofisch onderwerp, waarin de schrijver zijn persoonlijke visie geeft op hedendaagse verschijnselen, problemen of ontwikkelingen. Het is afgeleid van het Franse woord 'essai', wat zoiets betekent als probeersel of proeve.
Tegenstroom
  • Vanaf 1970 verschijnt er een stroom realistische romans en verhalen die heel toegankelijk zijn voor een groot publiek.

  • In het Manifest voor de jaren zeventig (1970) verzet een groep jonge schrijvers zich tegen het verliteratuurde klimaat en de 'wartaal' van de experimentelen          de zeventigers          

  • Dit type realisme : Simon Carmiggelt (Kronkels in Parool)

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tegenstroom


  • De zeventigers willen rechttoe rechtaan hun sombere en soms ironische verhalen vertellen.

  • Schrijvers: Mensje van Keulen, F.B. Hotz en vooral Heere Heeresma

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maarten 't Hart
  • Belangrijkste pleitbezorger van leesbaar realistisch proza

  • Literatuur is zelfexpressie, een manier om zich te verzoenen met zijn gereformeerde jeugd en met het menselijk tekort. 


Slide 34 - Tekstslide

groeit uit tot een van de populairste schrijvers van de jaren 80 en 90

Vergelijkbare schrijver is maarten Biesheuvel
Feministische romans 
Een sterk geëngageerde vorm van realisme vinden we in het werk van vrouwen die deel uitmaken van de tweede feministische golf.

Onderwerpen:
Al onze moeilijkheden met relaties, seks, jaloezie, eenzaamheid. Met een man leven of zonder. Meer relaties of juist niet. De mannen op ons werk. De mannen in de linkse beweging. Andere vrouwen. Onze moeders.

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Drie taboedoorbrekende auteurs

Slide 36 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Verschillen neorealisme en neoromantiek

Slide 37 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk voor donderdag:
Leer paragraaf 26 en 27
Maak per periode (dus per hoofdstuk) een overzicht met daarin de volgende zaken:
1. Romanschrijvers
2. Dichters
3. Kenmerken (ook groepen zoals vijftigers horen hierbij)
4. Stroming (zowel literair, als maatschappelijk)

5. Titels gedichten
6. Titels romans
7. Belangrijke gebeurtenissen/uitvindingen

Van elk punt noteer je minstens twee
Dit neem je mee op papier, duidelijk gestructureerd!
Heb je dit niet bij je? Geen toegang tot de les!

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies