NaSk jaar 2 - Les 18

Welkom bij NaSk
Pak voor je:
- Boek A
- Geodriehoek
- Rekenmachine
- Pen en potlood

Learnbeat klassencode:
46KYEY
 




Startopdracht:







Neem het bovenstaande plaatje over. 
Hier zie je de drie fases van water.

1) Teken bij elke fase meerdere moleculen bij elkaar.

2) Welke temperaturen horen bij de rode streepjes? In graden Celsius!






 
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij NaSk
Pak voor je:
- Boek A
- Geodriehoek
- Rekenmachine
- Pen en potlood

Learnbeat klassencode:
46KYEY
 




Startopdracht:







Neem het bovenstaande plaatje over. 
Hier zie je de drie fases van water.

1) Teken bij elke fase meerdere moleculen bij elkaar.

2) Welke temperaturen horen bij de rode streepjes? In graden Celsius!






 

Slide 1 - Tekstslide

Welkom bij NaSk
Pak voor je:
- Boek B
- Geodriehoek
- Pen en potlood
- Laptop





Startopdracht:

Lees het nieuwsartikel over de vuurtornado van NationalGeographic

 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Vuurtornado
Wat weten wetenschappers over vuurtornado's?

Hoe heet wordt het in een vuurtornado?

Waarom is het observeren van een vuurtornado lastig?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Planning
  • Lesdoelen
  • Demo vuurtornado
  • Uitlg brander
  • Uitleg over Faseovergangen
  • Zelfstandig werken
  • Huiswerk


Slide 6 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les kan ik:
  • uitleggen hoe een brander werkt
  • benoemen wat massa is en in welke eenheid je het uitdrukt;
  • uitleggen wat dichtheid is en in welke eenheid je het uitdrukt;
  • uitleggen hoe verschillen in dichtheid bepalen of een voorwerp drijft, zweeft of zinkt















Slide 7 - Tekstslide

Tijdens de les wil ik dat:
1. Je luistert als ik praat en is het stil
2. Je naar elkaar luistert
3. Je de juiste spullen voor je hebt
4. Je je zo gedraagt dat je de lesstof meekrijgt
5. Je respectvol bent naar je klasgenoten en mij

Slide 8 - Tekstslide

Demo(nstratie) vuurtornado

Kijk heel goed naar wat je ziet!

Bedankt zelf DRIE vragen over de vuurtornado en schrijf ze achterop jouw blad.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Volgende week maandag: brander!

Slide 11 - Tekstslide

Herhaling: FASEOVERGANGEN

Slide 12 - Tekstslide

Water, water en water. 


vast
vloeibaar
gas

Slide 13 - Tekstslide

Vaste stof
  1. Kun je de vorm niet gemakkelijk veranderen. Dat geldt bijvoorbeeld voor ijzer en glas. Een vaste stof heeft een vast volume en een vaste vorm.
  2. De moleculen zijn dicht op elkaar gepakt, net als sinaasappels in een kratje.
  3. Sterke krachten houden de moleculen op hun plaats. De moleculen trillen wel, maar ze kunnen niet van hun plaats af.


Slide 14 - Tekstslide

Vloeibare stof
  1. De deeltjes in een vloeistof bewegen door elkaar heen.
  2. Een vloeistof heeft een vast volume, maar neemt de vorm aan van het voorwerp waar je het in giet.
  3. In een vloeistof zitten de deeltjes verder uit elkaar dan in een vaste stof.
  4. De krachten tussen deze deeltjes zijn zwakker.



Slide 15 - Tekstslide

Gas
  1. Gassen, zoals zuurstof en aardgas, hebben geen vast volume en ook geen vaste vorm.
  2. Gasdeeltjes zitten ver uit elkaar.
  3. Er zijn geen krachten meer tussen de deeltjes, zodat ze niet bij elkaar blijven: ze bewegen vrij in alle richtingen


Slide 16 - Tekstslide

Faseovergangen
RIJPEN = DESUBLIMEREN

  • verrijpen
  • vervasten

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

Pak voor je je huiswerk
Open Learnbeat op
7.3C: Begrijpen
7.3D: Beheersen

Kijk na in de nakijkcarousel




Slide 19 - Tekstslide

7.4 Zwaar en licht

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Dichtheid is massa in gram van 1 cm3
Grootheid is dichtheid
Eenheid is g/cm3

Slide 22 - Tekstslide

Dichtheid
Hier heb je 8 bolletjes in 1 cm3 dus kleinere dichtheid.
Dichtheid = 8
cm3g
Hier heb je 27 bolletjes in 1 cm3 dus grotere dichtheid.
Dichtheid = 27
cm3g

Slide 23 - Tekstslide

Dichtheid
De dichtheid is de massa van 1 cm3 van een stof.

het symbool van dichtheid is 𝛒 (rho)

de eenheid van dichtheid is g/cm3



Slide 24 - Tekstslide

Wanneer blijft iets drijven?
DRIJVEN: De dichtheid van het voorwerp is kleiner dan de dichtheid van water
ZWEVEN: de dichtheid van het voorwerp is gelijk aan de dichtheid van water
ZINKEN: de dichtheid van het voorwerp is groter dan de dichtheid van water


Slide 25 - Tekstslide

Kurk:
0,25
cm3g
Hout:
0,58 
cm3g
IJzer:
7,80 
cm3g
De dichteid van water is 1,0  
Wanneer zinkt/zeeft/drijft een stof?
cm3g
Kurk drijft. De dichtheid is kleiner dan die van water.
Hout drijft. De dichtheid is kleiner dan die van water.
IJzer zinkt. De dichtheid is groter dan die van water.

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Link

Zelfstandig werken ZS
Maak op Learnbeat:
7.4 C: Begrijpen

- 10 minuten in ZS
- Niet klaar? Huiswerk


timer
10:00

Slide 28 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les kan ik:
  • uitleggen hoe een brander werkt
  • benoemen wat massa is en in welke eenheid je het uitdrukt;
  • uitleggen wat dichtheid is en in welke eenheid je het uitdrukt;
  • uitleggen hoe verschillen in dichtheid bepalen of een voorwerp drijft, zweeft of zinkt













Slide 29 - Tekstslide