5. Je gebruikt voegwoorden.
Voorbeelden:
We kijken kerstfilms,
omdat het bijna kerst is.
Rondé vind ik een goede band, want zij maken vette muziek.
Uitzondering:
Altijd een komma, behalve (!) bij ''en'' & ''of'':
Zullen we de livestream kijken of naar het concert gaan?