Ethiek - les 7 - Deugdenethiek

Les 7: Deugdenethiek

Welkom allemaal!

Laptop dicht op tafel



1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
GodsdienstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Les 7: Deugdenethiek

Welkom allemaal!

Laptop dicht op tafel



Slide 1 - Tekstslide

Deze les
Terugblik beginselethiek

Korte uitleg deugdethiek

Aan de slag opdrachten Reader / PO

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik beginselethiek
Wat: Lees bladzijde 16 en 17 (beginselethiek)
Waarom: Herhaling, want 3 weken geleden
Hoe: Individueel en stil
Hulp: Eventueel docent
Tijd: +/- 10 minuten
Uitkomst: Check d.m.v. 5 vragen
Klaar: Vragen gemaakt? 51ab, 52, 53? Check deugdethiek

Slide 3 - Tekstslide

Terugblik beginselethiek
Probeer antwoord te geven op de volgende vragen:
  1. De ideeën van wie staan centraal in de beginselethiek?
  2. En wat staat er centraal?
  3. Wat is een andere naam voor beginselethiek?
  4. Wat is het onderscheid tussen neiging en plichtsbesef?
  5. Wat moet je volgens Kant doen als je twijfelt?
  6. Klaar met bovenstaande? Vergelijk met je buurman/-vrouw

Slide 4 - Tekstslide

Terugblik vorige les
  • De ideeën van wie staan centraal in de beginselethiek? 
  • Kant
  • En wat staat er centraal? 
  • (Begin)waarden als eerlijkheid/rechtvaardigheid
  • Andere naam voor beginselethiek? 
  • Plichtsethiek (Je hebt de plicht om het goede te doen)
  • Onderscheid tussen neiging en plichtsbesef
  • Neiging (ook) eigen gewin, plichtsbesef ook wanneer het jou (helemaal) niet uitkomt
  • Wat moet je doen als je twijfelt? 
  • Algemene regel van maken, als iedereen zo zou handelen dan ....

Slide 5 - Tekstslide

Vraag 51
51. Een winkelier verkoopt een spuitbus die milieuonvriendelijk is. Veel klanten vinden dit onjuist en kopen niet meer bij deze winkel (boycot). Dit kost de winkelier geld. Vandaar dat de winkelier besluit om de spuitbus niet meer te verkopen. Hierdoor denkt en hoopt hij dat zijn klanten weer bij hem zullen gaan kopen.
  
a. Handelt de winkelier ethisch goed, volgens Kant?
b. Hoe zou je hier naar kunnen kijken vanuit de gevolgenethiek?

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Deugden

Waar denk je aan bij het woord deugd?

Overleg en schrijf op!

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Tekstslide

Deugden
Deugden zijn die kwaliteiten die een mens tot een goed mens maken.

De oude Grieken (o.a. Aristotelis) spraken over vier deugden: 
wijsheid, dapperheid (moed), matigheid en rechtvaardigheid.


Slide 11 - Tekstslide

Gulden middenweg
Maar niet teveel én niet te weinig = Gulden middenweg

Schrijf op: wat gebeurt er als je teveel of te weinig hebt van
1. wijsheid
2. moed
3. matigheid
4. rechtvaardigheid

Slide 12 - Tekstslide

Teveel

Wijsheid: ...........

Moed: ................

Matigheid: ................

Rechtvaardigheid: ................
Te weinig

Wijsheid: ....................

Moed: ....................

Matigheid: ....................

Rechtvaardigheid: ...............

Slide 13 - Tekstslide

Niet teveel

Wijsheid: overanalyseren

Moed: roekeloos

Matigheid: vreugdeloos

Rechtvaardigheid: inflexibel?


Maar ook niet te weinig

Wijsheid: ondoordacht

Moed: laf

Matigheid: losbandigheid

Rechtvaardigheid: onrecht

Slide 14 - Tekstslide

Goed mens = goed handelen
Het gaat bij deugdenethiek niet om bepaalde doelen en ook niet om allerlei dwingende gedragsregels.

Deugdenethiek: ‘wat voor een mens wil ik zijn?’ of: ‘wat maakt iemand tot een goed mens?’ Als mensen zelf goed/verstandig zijn, volgt het goede handelen dan vanzelf.

De deugdethiek geeft alleen richting, zonder precies te zeggen: dit moet je doen! Dat moet een goed/verstandig mens inzien in die situatie.

Slide 15 - Tekstslide

Onderdeel van je persoonlijkheid
Leren door opvoeding, onderwijs, buurt, kerk/moskee

 Een geïntegreerd onderdeel van de persoon --> goed persoon = goed handelen

(Bij gevolgen- en beginselethiek dient het goede zich veeleer aan in situaties waarbij we spreken van een ‘ethisch dilemma’. Daar heeft ethiek veel meer een ‘ad-hoc-karakter’)

Slide 16 - Tekstslide

Lesopdracht
1. Kies een deugd (bijvoorbeeld moed, rechtvaardigheid, wijsheid of matigheid).

2. Beschrijf in 100 woorden wat deze deugd inhoudt volgens Aristoteles.
3. Geef een voorbeeld uit jouw eigen leven of de actualiteit waarin iemand deze deugd toont of juist tekortschiet.

4. Leg in maximaal 200 woorden uit waarom dit voorbeeld wel of niet overeenkomt met de ideeën van Aristoteles.

5. Reflectie: Welke rol speelt oefening of gewoonte bij het ontwikkelen van deze deugd volgens Aristoteles? (ca. 100 woorden)

Slide 17 - Tekstslide

Opdracht 54: Acute operatie

Je bent hartspecialist in een ziekenhuis. Om twee uur ’s nachts komen er twee spoedgevallen binnen. Deze twee mensen moeten acuut geholpen worden om doodsgevaar af te wenden. De enen patiënt (mevrouw De Wit) is een dementerende alleenstaande bejaarde vrouw van 73 jaar. De andere patiënt is een levenslustige jonge vrouw van 27 jaar, gehuwd en moeder van 3 kinderen. Ze zijn op exact hetzelfde moment aangemeld. 

Wie moet je als eerste opereren als je kijkt naar de deugdethiek? En waarom? 


Schrijf je antwoorden op je blad

Slide 18 - Tekstslide

Deugdethiek & acute operatie

Deugdethiek: niet strikte regels, maar ook niet alleen maar naar de gevolgen.

Wijsheid: wijs persoon houdt rekening met relevante factoren (medische urgentie, impact eigen levens en dat van hun naasten)
Rechtvaardigheid: gelijke behandeling
Moed: de arts moet een beslissing nemen, ga er maar aan staan...
Compassie: meededogen voor beide vrouwen



Slide 19 - Tekstslide

Deugdzaam handelen
Beslissen om de jongere vrouw eerst te opereren, niet omdat het leven van de oudere vrouw minder waardevol is, maar omdat de jongere vrouw meer mensen direct beïnvloedt en meer jaren te leven heeft, wat kan worden beschouwd als een rechtvaardige overweging. Dit zou een voorbeeld zijn van deugdzaam handelen dat rekening houdt met wijsheid, rechtvaardigheid, moed, en compassie.

Concluderend: dit is (wat mij betreft) de meest voor de hand liggende ethische benadering, gevolgenethiek vliegt soms uit de bocht (denk aan z'huis), beginselthiek te star (soms is het beter om iets soepeler te zijn, bijvoorbeeld om niet eerlijk te zijn)

Slide 20 - Tekstslide

Deadlines
  • PO: a.s. vrijdag 7 maart, 23.59 uur

Opdrachten reader, zie studiewijzer --> vaak gemaakt in de les
Handig bij leren voor toets (mist er 1, geen probleem)
Antwoorden reader online 17 maart


Slide 21 - Tekstslide