de na ontkenning/hoeveelheid

geef een frans voorbeeld van een hoeveelheidswoord
1 / 12
volgende
Slide 1: Open vraag
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

geef een frans voorbeeld van een hoeveelheidswoord

Slide 1 - Open vraag

j'ai beaucoup de bananes
wat valt je op aan het woord de

Slide 2 - Open vraag

na welke 2 regels kwam het woordje de?

Slide 3 - Open vraag

het woordje "de"
komt na een hoeveelheid of een ontkenning

Slide 4 - Tekstslide

na woorden van hoeveelheid

veel = beaucoup

un verre = een glas

un peu = een beetje

un kilo = een kilo


komt het woordje "de"


Slide 5 - Tekstslide

woord van hoeveelheid + de

je veux beaucoup d'argent          - ik wil veel geld

je voudrais un verre de vin          - ik zou graag een glas wijn willen

j'ai eu un peu de pain                    -  ik heb een beetje brood gehad

je voudrais un kilo de fromage - ik zou graag een kilo kaas willen

Slide 6 - Tekstslide

ontkenning

je ne veux pas d'argent             - ik wil geen geld

je ne veux plus de vin                 - ik wil geen een glas wijn meer

j' n'ai pas eu de pain                    -  ik heb geen brood gehad

plus de fromage                           -  geen kaas meer

pas de pain                                     -  geen brood meer    

Slide 7 - Tekstslide

hij heeft geen auto
A
ik n'a pas une voiture
B
il n'a pas voiture
C
il n'a plus de voiture
D
il n'a pas de voiture

Slide 8 - Quizvraag

wij hebben een beetje geld
A
merde
B
nous avons un peu de argent
C
nous avons un peu d'argent
D
nous avons un peu argent

Slide 9 - Quizvraag

ik wil een glaasje water
A
je veux un verre d'eau
B
je veux un verre de l'eau
C
je veux un verre de coca
D
je veux un verre de eau

Slide 10 - Quizvraag

zij willen geen brood
A
ils ne veulent pas du pain
B
ils n'ont pas faim
C
ils ne veulent pas des pains
D
ils ne veulent pas de pain

Slide 11 - Quizvraag

noem in NL's alle woorden
van hoeveelheid die je kent

Slide 12 - Woordweb