Week 3

• Didactiek
• MBO
• Studiejaar 2

Didactiek 8.3

Hoofdstuk 3: taal en didactiek

Paragraaf: 3.6 lezen 

Periode 8

Week 1	-
Week 2	Paragraaf 3.5: Geletterdheid
Week 3	Paragraaf 3.6: Lezen
Week 4	Paragraaf 3.7: Schrijven
Week 5	Paragraaf 3.7: Schrijven
Week 6	Paragraaf 3.8: Taal en zaakvakken
Week 7	Paragraaf 3.9: Engels
Week 8/9	Herkansing - kennistoets

Lesprogramma 

• Lesdoelen
• Startfase van het lezen (video)
• Vroeg leren lezen (koppeling naar het werkveld)
• Lesopdracht 
• Dyslexie 
• Eindopdracht 
• Ruimte voor vragen en feedback 

Lesdoelen 8.3

Paragraaf 3.6 lezen  

• De student weet wat pseudolezen betekent en herkent dit gedrag bij kinderen.
  
• De student kent de 3 fasen van leesontwikkeling: aanvankelijk lezen, voortgezet technisch     lezen en begrijpend lezen.
  
• De student weet waarom leesbevordering belangrijk is voor de taalontwikkeling.

Bespreek samen met je buurman of buurvrouw 

Herkennen jullie de startfase van het lezen? 

Wat betekent het voor een kind als je kunt lezen?

Sta even stil bij de ontdekkingsreis en nieuwsgierigheid van jonge kinderen in de wereld van boeken en letters. 

 

 Pseudolezen 

1 Kinderen benoemen wat er op de plaatjes staat. 

2 Kinderen volgen het verhaal met behulp van de plaatjes. 

3 Kinderen vertellen het verhaal in dialoogvorm.

Leren lezen 

Bestaat uit drie fases: 

1. Ontluikende geletterdheid: symbolen en letters staan centraal. 
2. Aanvankelijk lezen: In deze fase woorden de eerste letters en worden geleerd en leren zij dat de inhoud van de woorden een rol gaan spelen. 
3. Voortgezet lezen: wordt het vlot stillezen en het globaal lezen ontwikkeld.

Vroeg leren lezen 

Kinderen komen steeds vroeger in aanraking met letters en boeken. Ook zijn veel kinderen gevoelig voor het leren lezen, voordat zij naar de basisschool gaan. Kinderen maken op een speelse manier kennis met lezen. 

Wat zie jij hiervan terug in het werkveld?
Hoe wordt het lezen bijvoorbeeld bevorderd?

Lesopdracht

Wat vinden jullie van deze ontwikkeling? 

• Vind je dat kinderen op jonge leeftijd vooral moeten spelen.
• Of is het verstandig om ze spelenderwijs kennis te laten maken met     lezen? 

Ga met je duo opzoek naar informatie om je standpunt 
te onderbouwen (10 minuten de tijd).

Lesopdracht 

Wat waren jullie bevindingen? 

Dyslexie 

Vlgones een oznrdeeok op een Eglnese uvinretsiet mkaat het niet uit in wlkee vloogdre de ltteers in een wrood saatn, het einge wat blegnaijrk is is dat de eretse en de ltaatse ltteer op de jiutse patals saatn. De rset van de ltteers mgoen wllikueirg gpletaast wdoren en je knut vrelvogens gwoeon lzeen wat er saatt. Dit kmot odmat we niet ekle ltteer op zcih lzeen maar het wrood als gheeel.

Oorspronkelijke tekst 

Volgens een onderzoek op een Engelse universiteit maakt het niet uit in welke volgorde de letters in een woord staan, het enige wat belangrijk is is dat de eerste en de laatste letter op de juiste plaats staan. De rest van de letters mogen willekeurig geplaatst worden en je kunt vervolgens gewoon lezen wat er staat. Dit komt omdat we niet elke letter op zich lezen maar het woord als geheel.

 

Eindopdracht week 3 

Schrijf een verslag over leesbevordering: 

• Bedenk wat er op jouw stageschool zou moeten gebeuren om het lezen nóg meer te   bevorderen en denk daarbij aan wat ze allemaal al doen aan activiteiten? 
• Werk een activiteit uit voor jouw stage groep die je daadwerkelijk kunt uitvoeren op het   gebied van leesbevordering. 
• Maak gebruik van minimaal 400 woorden in verslagvorm. 
• Denk bij het beschrijven aan: de doelgroep, activiteit, hoe je deze activiteit kunt inzetten en   hoe je deze activiteit gaat begeleiden als onderwijsassistent enzovoort. 

Voor volgende week 

Hoofdstuk 3: taal en didactiek

Paragraaf 3.7 Schrijven