De uitlokkende factoren voor het ontwikkelen van DKA of HHS vertonen veel overlap en worden daarom in één overzicht genoemd:
Nieuw gediagnosticeerde DM:
DM type 1 (DKA);
DM type 2 (HHS);
Ketosis prone diabetes type 2 (DKA).
Onderbreken van insulinetoediening:
Niet goed functionerend insulinepompsysteem;
Onterecht overslaan van insuline-injecties bij niet kunnen eten;
Niet spuiten uit angst voor gewichtstoename (eetstoornissen);
Niet spuiten uit angst voor hypoglykemie;
Manipulatief gedrag (psychiatrie),
Infecties: sinusitis, pneumonie, meningitis, urosepsis et cetera.
Ontstekingen: appendicitis, acute pancreatitis, et cetera.
Cardiovasculaire aandoeningen: myocardinfarct, CVA, longembolie.
Medicamenten: corticosteroïden, thiazidediuretica , antipsychotica, en andere.
Uitgeputte, zieke indruk. Bewustzijn is meestal verlaagd. Tekenen van dehydratie, bloeddruk, pols, temperatuur (kan ook bij infectie normaal of verlaagd zijn), Kussmaul-ademhaling, acetongeur, infectiefocus, meningeale prikkeling, neurologische uitvalsverschijnselen, maagdilatatie, urineretentie, drukpijnlijke buik. NB: Buikpijn kan uiting van acidose zijn, maar ook van onderliggend uitlokkend moment.
Bij HHS is de ademhaling vaak normaal. Bewustzijnsstoornissen en tekenen van dehydratie kunnen ernstiger zijn dan bij DKA. Toch is er ook hier maar zelden sprake van hypovolemische shock. Bij de presentatie van de vaak oudere patiënt kunnen trombo-embolische complicaties aanwezig zijn (CVA, hartinfarct en mesenteriaal trombose), die zowel oorzaak als gevolg van de ontregeling kunnen zijn.