Zes Vraagstellingstypen Kok (1997), van Heteren e.a. (2002)

• Welzijn
• MBO
• HBO
• Studiejaar 1,4

Welkom!

Wat kun je verwachten?

• Uitleg over de zes vraagstellingstypen
• inzichts en reflectie vragen
• opdracht om de stof te verwerken

Deze presentatie duurt ongeveer 45 min.

Ortho pedagogiek.

• Pedagogisch handelen
• responsief en sensitief
• behandel en begeleidingsmethodiek
• belang van observeren en interpreteren

Vraagstellings typen

Affectief emotionele ruimte bieden

Typerend gedrag:
Onzekeren kinderen, kinderen die zichzelf wegcijferen, ze vinden zichzelf niet belangrijk, zenuwachtig, prikkelbaar
Relatie:
Laat weten dat je ze ziet, dat ze belangrijk zijn en dat je er bent. Geduld en respect in de bandering maar begrenzen van ongewenst gedrag, schuld of minderwaardigheidsgevoel.
Klimaat:
Kalm en rustig reageren, initiatief aanmoedigen, begrip vanuit jezelf en aanmoedigen vanuit de groep voor emoties. Ruimte  bieden om zich te uiten, samen dingen doen ook met de groep.
Hanteren:

Eenduidigheid tussen collega's, veilig groepsklimaat. Puchen voor ontlading, succesverhalen!

Affectief Emotionele ruimte laten

Typerend gedrag:
Onveilig gehechte kinderen, verwaarlozing, mishandeling. Geen waarde aan een "band" bouwen

Relatie:
Blijf zakelijk, houdt je aan de afspraken en wijs de ander er ook op. Blijf sterk en laat je niet overhalen om op emotionele basis een verandering in de afspraken te maken; dit is onveilig!

Klimaat:
Oorzaak gevolg benoemen zeker als het gaat om emotie. Persoonlijke ruimte binnen de kaders. Blijf wat zakelijk, zoek weinig emotionele toenadering. Wees voorspelbaar en consistent, rodelijn
Hanteren:
Daadkracht en competitie belonen, ruimte laten voor eigen inbreng en zelfsturing, kaders en regels aanbieden. 

Cognitief Structureren.

Typerend gedrag:
Drukke kinderen, ADHD, energieke kinderen, emotieregulatie problemen, impulsief
Relatie:
Samen vooruit denken, kleine stapjes maken, intentie zien niet de daden, benoem sterk en alternatief gedrag. Kinderen zijn druk, chaotisch er gaat vaak wat mis. Lichamelijke klunsigheid.
Klimaat:
Zorg voor een positieve begripvolle benadering, sterke meubels, geef woorden aan emoties en handelingen voor het kind. Reduceer prikkels, open einden en vrije keuzes. Varieer gedoseerd.
Hanteren:
Evalueer je handelen, orden het moment, haal emoties uit elkaar en de acties uit elkaar. Anker acties aan momenten vast. Positieve benadering, gestructureerd op volgorde en minder op tijd.

Cognitief variëren 

Typerend gedrag:
In zichzelf gekeerde kinderen stereotiep gedrag. (ASS) angstige kinderen
Relatie:
Maak begrijpelijk, haal dreiging weg, geruststellend zijn, succesverhalen genereren. Verbreed de wereld, oorzaak gevolg uitleggen, sluit aan! Leg oorzaak gevolg uit van emoties en gedrag.
Klimaat:
Samenspel stimuleren, activiteiten aanbieden, maak voorspelbaar. Divers meubulair, divers speelgoed. Iedere keer een kleine variatie steeds groter uitbouwen. Geef keuze. Hanteer scripts.
Hanteren:
Balans, uitdaging, kaders, houvast en ritme. Ondersteun met picto's/ foto's hou het prikkelarm en voorspelbaar 

Conatief Profileren

Typerend gedrag:
Eigenheidsontwikkeling, kinderen die zich wegcijferen, op de achtergrond blijven, niet tot last willen zijn. Willen helpen, aardig gevonden worden, niet te veel aandacht.
Relatie: 
Uitnodigen, ondersteunen, aanmoedigen. LSD, responsitief en sensitief bejegenen. Vraag naar eigen gedachten en eigen keuzes. Uit wensen, gevoelens, knuffel het kind. Jij bent oké!
Klimaat:
Biedt veiligheid in huis en in de sfeer. Respect, zekerheid en veiligheid. Waarden

Hanteren:
Stimuleer het uitten van gevoel en eigen gedachtes en keuzes. 4G schema gebruiken

Help het op een rij te zetten. Laat de eigen rol zien in het proces (helicopterview) 

Conatief Harmonieren.

Typerend gedrag:
Kinderen die egocentrisch zijn. Inhibitie problemen, emotieregulatie taak initiatie.
Relatie:
Begrip tonen voor hun positie. Stel grenzen aan gedrag, tollereer niet dat er benadeeld wordt. 
Klimaat:
Laat ervaren dat het kind zich nog geaccepteerd wordt na transformatie! Status is belangrijk op relationeel vlak.
Hanteren:
Ondersteun als hij laat zien dat hij begrijpt wat de ander wil. Laat experimenteren. Ze moeten zelf de behoefte voelen om te veranderen. Geef alternatief gedrag, eigen aandeel laten zien!

Welke gedrag vertoont hij/zij?

Relatie

Beschrijf jouw relatie met de client, hoe kun je die professionaliseren?

Casus vanuit stage of werk.

Wat kun je doen om dit allemaal te onthouden?

1. Mindmap maken (sterk)
2. Praten over de stof met groepsgenoten/ collega's (sterk)
3. Uitproberen in de praktijk (sterk) langere tijd (zeer sterk)
4. Evalueren experimenten met anderen (zeer sterk)
5. uitleggen aan een ander (zeer sterk)
6. Herhalen van de stof (matig)
7. Alleen dit filmpje als bron gebruiken (matig)

Evaluatie

Je hebt nu geleerd over de vraagstallingstypen, pedagogisch handelen en het belang van observeren.

• Schrijf een reflectie verslag over je leerwinst. Hoe is je deskundigheid nu vergroot?
• Geef mij feedback op de stof en op het filmpje, zorg dat je benoemd wat je hebt geleerd en wat je nog verder had willen uitdiepen.

Myrinne van Mierlo

Wil je meer weten over leren en ontwikkelen?
Kijk op myrinne.nl
Of zoek op mijn prezi's of vimeo's
Youtube vanaf augustus 2020.
[e-mail]