Vakliteratuur les 3, 14 februari

Gedragsstoornis ODD en CD
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Gedragsstoornis ODD en CD

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesinhoud
  • Theorie ODD & CD
  • Filmpje in de praktijk
  • De-escalerend werken
  • Casus

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
Aan het eind van de les:
  • Heb je kennis van de gedragsstoornissen ODD & CD.
  • Weet je wat de-escalerend werken inhoud.
  • Zou je de-escalerend werken kunnen toepassen op je stage.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ODD en CD vallen onder de zogenaamde 
agressieve gedragsstoornissen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Heb je al eens gehoord van ODD-CD gedragsstoornissen?
JA
NEE

Slide 5 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

wat is ODD?
Gedragsstoornis die vaak ontstaat in de kindertijd.  (opstandig gedrag) 

ODD komt van de Engelse term Oppositional Defiant Disorder.

 In het Nederlands heet dit oppositionele-opstandige stoornis.

Slide 6 - Tekstslide

Kinderen met ODD zijn moeilijk in de opvoeding, ongehoorzaam en in verzet, maken ruzie, zijn driftig en houden zich niet aan de regels. 
Feitelijk gewelddadig gedrag is niet aan de orde. Ze hebben wel problemen in de sociale omgang, vooral met volwassenen maar ook met leeftijdsgenoten. ODD komt bij ruim 3% van de kinderen voor. Regelmatig gaat de aandoening samen met andere stoornissen, bijvoorbeeld ADHD of een autismespectrumstoornis, maar ook met lees- of taalstoornissen, coördinatie-ontwikkelingsstoornis (DCD) of een lichte verstandelijke beperking. Hierdoor is de diagnose niet altijd eenvoudig te stellen.
Kenmerken van ODD?
  • Driftig
  • Verzet zich tegen regels
  • Weigert zich te voegen naar wat de volwassene vraagt
  • Maakt vaak ruzie met volwassenen
  • Ergert anderen met opzet
  • Geeft de schuld van eigen fouten aan anderen
  • Is prikkelbaar, ergert zich vaak
  • Is boos of gepikeerd
  • Is hatelijk en wraakzuchtig

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ODD ernst niveau's
ODD wordt  beoordeeld op 3 niveaus:

mild: sommige symptomen komen voor in een leefomgeving.
gematigd: symptomen komen voor op twee leefgebieden.
ernstig: symptomen komen voor in 3 of meer leefgebieden.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

DSM-5 criteria

A. Er bestaat gedurende minimaal zes maanden een patroon van argumentatief en uitdagend gedrag of wraakzucht in combinatie met een boze of prikkelbare stemming, waarbij is voldaan aan ten minste vier van de criteria:



B. De stoornis veroorzaakt problemen in de sociale omgang met anderen, op school en op later op het werk.

C. Het gedrag komt niet uitsluitend voor tijdens het beloop van een psychose, middelengebruik, depressie of een bipolaire stoornis.

D. Er is niet voldaan aan de criteria voor 'Stemmingsstoornis' of 'Antisociale persoonlijkheidsstoornis'.

Boze / gespannen stemming
1. Heeft regelmatig driftbuien.
2. Is vaak prikkelbaar, gespannen, lichtgeraakt of gemakkelijk geïrriteerd.
3. Is vaak boos en wrokkig.

Argumentatief / opstandig gedrag
4. Heeft vaak ruzie met gezagsdragers.
5. Weigert te voldoen aan 'verzoeken' (opdrachten of regels) van gezagsdragers.
6. Ergert anderen opzettelijk.
7. Geeft anderen de schuld voor zijn of haar wangedrag en fouten.

Wraakzuchtig
8. Is ten minste tweemaal wraakzuchtig geweest in de afgelopen zes maanden.


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat is CD?
De symptomen van CD (normoverschrijdend-gedragsstoornis) zijn ernstiger van aard dan die van ODD.

CD is de afkorting voor de Engelse term Conduct Disorder

In het Nederlands heet dit Gedragsstoornis.

Slide 11 - Tekstslide

Deze kinderen vertonen voor hun omgeving niet-acceptabel gedrag. Ze kunnen agressief zijn of delinquent gedrag vertonen. 
Sommige kinderen zijn erg op zichzelf gericht en gaan niet veel met leeftijdsgenoten om. 
Als ze wel met een groep optrekken, vinden ze dat voor hen andere regels gelden.
Hun contacten zijn erop gericht om er persoonlijk voordeel uit te halen. Ze hebben een verminderd inlevingsvermogen. 
CD komt voor bij 2% van de kinderen en jongeren. De normoverschrijdend-gedragsstoornis komt regelmatig voor in combinatie met of als gevolg van andere stoornissen, bijvoorbeeld ADHD of een autismespectrumstoornis, maar ook een depressieve stoornis of een angststoornis komt voor.
Niet alle symptomen die jongeren met CD vertonen, komen al voor op jonge leeftijd. Er kan dan ook onderscheid worden gemaakt tussen een vorm beginnend in de kinderleeftijd en een vorm beginnend in de puberteit.
Normoverschrijdend-gedrag

Hoe zou dat zich uiten?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken van CD?
  • Pest, bedreigt, intimideert
  • Gebruikt wapens en brengt lichamelijk letsel toe
  • Zet aan tot vechten
  • Mishandelt mens en dier
  • Dwingt tot seksueel contact
  • Steelt of liegt en vernielt met de bedoeling ernstige schade aan te richten
  • Spijbelt en loopt weg van huis

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oorzaken ODD - CD

Lange tijd werd gedacht dat kinderen als een onbeschreven blad zonder eigenschappen werden geboren en door hun omgeving ‘antisociaal’ werden gemaakt.

Nu weten we dat kinderen worden geboren met bepaalde (in aanleg aanwezige) eigenschappen die hen eerder in een situatie brengen die dergelijk gedrag uitlokt. 

Erfelijk bepaald                                      Gebrek aan schuldgevoel
Laag IQ                                                       Taalproblemen
Ontwikkelingsachterstand               Opvoeding
Impulsiviteit                                             Omgeving

Slide 14 - Tekstslide

De kwetsbaarheid van een kind voor het ontwikkelen van een gedragsstoornis kan dus voor een deel erfelijk bepaald zijn. Er zijn ook factoren die een groter risico op een gedragsstoornis met zich meebrengen; bijvoorbeeld een laag IQ, een ontwikkelingsachterstand, taalproblemen, gebrek aan schuldgevoel, impulsiviteit, aandachtsproblemen, pesten en gepest worden. De opvoeding is ook belangrijk. De kans op problemen neemt toe als de ouders niet consistent zijn, geen duidelijke regels stellen of weinig betrokken zijn. Het gaat dus om een combinatie van aanleg en omgeving.

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Het kind is vaak boos en geeft daar anderen de schuld van.
A
het kind heeft ODD
B
het kind heeft CD

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijk

Dat omgevingsfactoren een rol spelen, betekent dat je het kind kunt helpen door iets in de omgeving te veranderen. Maar niet altijd is duidelijk wát je moet veranderen. Misschien zit het kind toevallig in een drukke klas, of groeit het op in een – voor het kind – hectisch gezin. Misschien voelt het kind zich thuis of op school overvraagd, en is het bang niet aan de verwachtingen te kunnen voldoen. Soms draagt het kind een trauma met zich mee. Verwaarlozing, gevlucht uit een oorlogsgebied, het overlijden van een ouder, een scheiding. 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Benadering bij CD/ODD
-Motivatie bij het kind is essentieel 
-Uitgesteld  reageren
-Het ijzer smeden als het koud is. Want in een negatief patroon lokt een escalatie alleen maar meer agressie uit
-Ze interpreteren signalen verkeerd. Het helpt enorm om het kind te leren inzien dat veel dingen niet vijandig zijn

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Op je stage heb je een kind met CD, hij loopt op een andere kind af die tv kijkt en geeft heb zomaar een klap.
Vervolgens rent hij weg...
Wat zou je doen?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies