Na klar 2 TH Oefentoets Kapitel 1 Hamburg

A Ik snap het helemaal
B Ik snap het een beetje
C ik snap het niet
A
helemaal
B
een beetje
C
niet
1 / 29
volgende
Slide 1: Quizvraag
DuitsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

A Ik snap het helemaal
B Ik snap het een beetje
C ik snap het niet
A
helemaal
B
een beetje
C
niet

Slide 1 - Quizvraag

Noem de 9 persoonlijke voornaamwoorden in het Duits!

Slide 2 - Woordweb

(Ik) gehe in die Schule.
A
Du
B
Sie
C
Ich
D
Wir

Slide 3 - Quizvraag

Wohnt (jullie) in einem Dorf?
A
Sie
B
du
C
wir
D
ihr

Slide 4 - Quizvraag

(Hij) spielt Gitarre.
A
Sie
B
Er
C
Ich
D
Wir

Slide 5 - Quizvraag

Schrijf de stam van het werkwoord wohnen op?

Slide 6 - Open vraag

Schrijf de stam van machen op?

Slide 7 - Open vraag

Regelmatige werkwoorden: wohnen
werkwoord: wohnen, stam:wohn
ich wohn e
du wohn st
er/sie es wohn t
wir wohn en
ihr wohn t
sie wohn en
Sie wohn en


Slide 8 - Tekstslide

Herhaling regelmatige werkwoorden
  • STAM: werkwoord -en  wohnen - wohn
  • Ezelsbruggetje: F E E ST T EN T EN
  • Stam eindigend op sis-klank (s/ss/x/sch/ß/z) du alleen t, z. B. tanzen,  reisen:          stam tanz dus:du tanzt





Slide 9 - Tekstslide

(wohnen) Peter ………… in Köln.
A
wohne
B
wohnen
C
wohnst
D
wohnt

Slide 10 - Quizvraag

Ihr (wohnen)... in Hamburg.

A
wohne
B
wohnt
C
wohnen
D
wohnst

Slide 11 - Quizvraag

Er (spielen)... Fußball.

A
spiele
B
spielen
C
spielt
D
spielst

Slide 12 - Quizvraag

Du (machen)... Hausaufgaben.

A
mache
B
machst
C
macht
D
machen

Slide 13 - Quizvraag

Du (tanzen)... in der Disko.

A
tanst
B
tanze
C
tanzst
D
tanzt

Slide 14 - Quizvraag

Ik snap de
ESTTENTEN / ETTENTEN regel ...

A
helemaal
B
een beetje
C
niet

Slide 15 - Quizvraag

Welke bepaalde lidwoorden kennen we in het duits?
A
ein-eine
B
der-die-das

Slide 16 - Quizvraag

Welke onbepaalde lidwoorden kennen we in het duits?
A
ein-eine
B
der-die-das

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Video

Slide 19 - Tekstslide

...Bruder
A
der
B
die

Slide 20 - Quizvraag

...Mutter
A
der/ ein
B
die/ eine

Slide 21 - Quizvraag

...Oma
A
ein
B
eine
C
der
D
die

Slide 22 - Quizvraag

zwanzig
sechzehn
zwei
sieben
neun
dreizehn

Slide 23 - Sleepvraag

Schrijf de volgende getallen op in het Duits: nul, vijf, negen

Slide 24 - Open vraag

16
A
Sechzehn
B
Sechszehn
C
Zehnsechs
D
Zehnsech

Slide 25 - Quizvraag

__________ kommst du?
A
Wie
B
Wohin
C
Woher
D
Wer

Slide 26 - Quizvraag

___________ hat sie Geburtstag?
A
Was
B
Wohin
C
Wo
D
Wann

Slide 27 - Quizvraag

__________ geht es dir?
A
Wer
B
Wie
C
Wo
D
Was

Slide 28 - Quizvraag

Wat vind je nog lastig?

Slide 29 - Open vraag