In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
H4wisA
2 uur per week: maandag & vrijdag
Vandaag: Hoofdstuk 5
Vrijdag: vragen H5 & H7 + huiswerkbespreking
Slide 1 - Tekstslide
Lineaire formules
𝑦=𝑎𝑥+𝑏
𝑎 de richtingscoëfficiënt: 1 stap naar rechts en a omhoog.
𝑏 het begingetal (snijpunt met de y-as, op x=0)
Slide 2 - Tekstslide
Lijn opstellen
Gegeven zijn twee punten (of een punt en de richtingscoëfficiënt). Soms moet je die punten in de tekst vinden!
Stel 𝑦=𝑎𝑥+𝑏.
Bepaal de richtingscoëfficiënt
Vul 𝑎 in in de formule.
Gebruik één van de punten om 𝑏 te berekenen, door deze in te vullen in de formule.
Geef de formule met de berekende 𝑎 en 𝑏
a=ΔxΔy=xB−xAyB−yA
Slide 3 - Tekstslide
Wat is de richtingscoëfficiënt van de grafiek?
A
rc = 0,5
B
rc = 1
C
rc = 2
D
rc = 4
Slide 4 - Quizvraag
Geef de formule van de lijn hiernaast.
A
y=2x+4
B
y=−2x+4
C
y=2x−4
D
y=−2x−4
Slide 5 - Quizvraag
Stel de formule op van de lijn door de punten A(2,3) en B(5,2). Geef je antwoord in de vorm y=ax+b
a=ΔxΔy=xB−xAyB−yA
Slide 6 - Open vraag
Uitwerking: Stel de formule op van de lijn door de punten A(2,3) en B(5,2).
Vul dan een van de punten in in de formule om b te bepalen: y=-1/3x+b
Vul A(2,3) in:
Dus
a=ΔxΔy=5−22−3=3−1=−31
3=−31⋅2+b
b=332
y=−31x+332
Slide 7 - Tekstslide
Wiskundig model
Een model is een benadering van de werkelijkheid.
Verfijning van lineaire model: Stuksgewijs lineaire grafiek
Slide 8 - Tekstslide
Formules vergelijken
Grafisch numeriek oplossen:
In een grafiek zie je meerdere formules. Een ongelijkheid is gevraagd (wanneer is de winst W hoger dan kosten K?)
Zoek het snijpunt (met GR: Intersect).
Is de ongelijkheid links of rechts van het snijpunt waar?
(kijk daarvoor in de grafiek)
Slide 9 - Tekstslide
Gegeven zijn de grafieken voor opbrengst R en kosten K met q het aantal verkochte ijsjes. Met je rekenmachine heb je gevonden: q=320 op het snijpunt. Hoeveel ijsjes moeten er verkocht worden om winst te maken?
A
minder dan 320
B
precies 320
C
meer dan 320
Slide 10 - Quizvraag
Vergelijkingen oplossen
Staat er 'los algebraïsch op', dan mag je geen Grafische rekenmachine gebruiken, maar moet het handmatig!
Staan er haakjes? Werk ze weg.
Staan er breuken? Werk ze weg.
Breng alle termen met x naar het linkerlid en de rest naar het rechterlid.
Herleid beide leden en deel door het getal dat voor x staat.
Slide 11 - Tekstslide
Vergelijkingen opstellen
Verhaaltjessommen met informatie over totaal(prijs, aantal etc.) en deel.
Slide 12 - Tekstslide
Wanneer is y recht evenredig met x?
A
Vermenigvuldig je x met een getal, dan moet je y ook met hetzelfde getal vermenigvuldigen.
B
De bijbehorende tabel is een verhoudingstabel.
C
De formule heeft de vorm y=ax.
D
De grafiek is een rechte lijn door de oorsprong.
Slide 13 - Quizvraag
Lineaire vergelijkingen met twee variabelen
ax+by=c
Hier zijn a en b geen richtingscoëfficiënt en begingetal!
Je kan wel y vrijmaken (y uitdrukken in x) om zo weer de 'standaard' lijnformule te krijgen:
3x−2y=12geeft−2y=12−3xgeefty=23x−6
Slide 14 - Tekstslide
Ligt het punt (9,4) op de lijn 2x - 3y = 6 ?
A
ja, (x,y)=(9,4) voldoet aan de vergelijking 2x - 3y = 6
B
nee, (x,y)=(9,4) voldoet niet aan de vergelijking 2x - 3y = 6