Spelling 3.9 p.v. in de t.t.

Wat gaan we deze les doen?
- Terugkoppeling vorige les.
- Doelen van deze les.
- Theorie.
- Oefenen.
- Deel 2 van de les:            NB Woordenschattoets.
- Afsluiting
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we deze les doen?
- Terugkoppeling vorige les.
- Doelen van deze les.
- Theorie.
- Oefenen.
- Deel 2 van de les:            NB Woordenschattoets.
- Afsluiting

Slide 1 - Tekstslide

Doelen van deze les
Aan het einde van deze les:

-kun je het werkwoord in de tegenwoordige tijd enkelvoud en meervoud herkennen en schrijven.

- kun je het werkwoord in de verleden tijd enkelvoud en meervoud herkennen en schrijven. 



Slide 2 - Tekstslide

Persoonsvorm in de t.t. enkelvoud
Je weet hoe je de p.v. in de tegenwoordige tijd spelt:

Bij ik schrijf je de ik-vorm.
Bij jij, u, hij, zij en het schrijf je de ik-vorm + t.

Er is een uitzondering........


Slide 3 - Tekstslide

Persoonsvorm in de t.t. enkelvoud
Als je of jij achter de persoonsvorm staat, schrijf je de ik-vorm (dus zonder t).
Meestal kun je horen of je wel of geen t moet schrijven.

Voorbeeld:
Jij speelt graag computergames.
Speel jij graag computergames?

Slide 4 - Tekstslide

Persoonsvorm in de t.t. meervoud
Voor het meervoud in de tegenwoordige tijd gebruik je altijd het hele werkwoord (wij vorm tegenwoordige tijd).

Voorbeeld: (wij) horen, (wij) fietsen, (wij) zwemmen. 


Slide 5 - Tekstslide

t

Slide 6 - Tekstslide

Aan de slag!          Spelling, Blok 3. 
KEUZE OPDRACHT:
- les 3.9 (blok 3, spelling): opdr. 19 t/m 22
- persoonsvorm spel
- memory spel

KLAAR? 
Leren: Woorden Nieuwsbegrip OF lezen in je leesboek.

            
timer
15:00

Slide 7 - Tekstslide

Deel 2: Nieuwsbegrip woordenschattoets
1. Woordenschattoets

Klaar?
2. NB Online maken 










aantal
240









aantal







Slide 8 - Tekstslide

Doelen van deze les
Aan het einde van deze les:

-kun je het werkwoord in de tegenwoordige tijd enkelvoud en meervoud herkennen en schrijven.

- kun je het werkwoord in de verleden tijd enkelvoud en meervoud herkennen en schrijven.                                    

Slide 9 - Tekstslide

Persoonsvorm spel

1. Leg de kaartjes (4 kaartjes) met PERSOONSVORM erop neer.

2. Pak om de beurt een kaartje van de stapel.Leg de juiste vorm van de persoonsvorm bij het juiste kaartje. Let op: kijk goed naar enkelvoud of meervoud.

3. Controleer elkaars antwoorden.

KLAAR?

Kies allemaal 5 woorden en maak met elk woord een mooie zin van minimaal 6 woorden.

Slide 10 - Tekstslide

Persoonsvorm memory

1. Leg alle kaartjes omgekeerd neer.

2. Pak om de beurt twee kaartjes. Heb je de tegenwoordige tijd en de verleden tijd van hetzelfde werkwoord

(bijvoorbeeld: leeft - leefde) dan zijn de kaartjes voor jou.

Heb je dit niet? Leg de kaartjes terug en de ander mag twee kaartjes pakken.

KLAAR?

Kies allemaal 5 woorden en maak met elk woord een mooie zin van minimaal 6 woorden.

Slide 11 - Tekstslide

Persoonsvorm stripverhaal

1. Teken een stripverhaal van maximaal 6 plaatjes.


2. Bij ieder plaatje bedenk je 2 zinnen. In deze zin gebruik je een persoonsvorm in de tegenwoordige tijd of in de verleden tijd.


Bijv. Donald Duck telt zijn geld in de kluis.

De persoonsvorm tegenwoordige tijd is: TELT.

Slide 12 - Tekstslide