H5, les 3

Economie jaar 3
Hoofdstuk 5

Blz. 65
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Economie jaar 3
Hoofdstuk 5

Blz. 65

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud van de les
  • Herhaling vorige lessen --> 'de mutatiebalans'
  • Opdrachten 5.12 t/m 5.16
  • Theorie afschrijving
  • Opdracht 5.17 
  • Opdracht 5.18 --> eindbalans

Doelen: 
- Je kan beschrijven wat er op een balans staat.
- Je kan vanuit verschillende gebeurtenissen een mutatiebalans maken.



Slide 2 - Tekstslide

De balans (blz. 63)
De balans is een overzicht van alle bezittingen, schulden en het eigen vermogen van een bedrijf op een bepaald moment.’

Het is een momentopname, daarom staat er ook altijd een datum boven de balans.



Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Mutatiebalans (blz. 64)
  • Een mutatiebalans geeft weer welke balansposten met welk bedrag toe- of afnemen.
  • Alleen de balansposten die veranderen en het bedrag waarmee ze veranderen, nemen we op in de mutatiebalans.














Slide 5 - Tekstslide

Debiteuren en crediteuren (blz. 65)
Debiteuren: dit zijn klanten waar je nog geld van krijgt. Het staat als bezit op de balans.

Crediteuren: dit zijn leveranciers waar jij als bedrijf nog geld aan moet betalen. Dit staat als schuld op de balans. 

Slide 6 - Tekstslide

Eigen vermogen 
Dit heeft de ondernemer zelf ingebracht in de onderneming. Spaargeld van de ondernemer. 
Het staat als schuld op de balans (rechts), omdat de onderneming een schuld heeft aan de ondernemer. 

Hoe veranderd het eigen vermogen:
  • Door winst stijgt het eigen vermogen.
  • Door kosten daalt het eigen vermogen. 

Slide 7 - Tekstslide

Opdrachten vorige week bespreken: 'denken delen uitwisselen'
Ga naar opdracht 5.9 t/m 5.11 op blz. 65 en 66.
Deel 1: Jullie gaan in tweetallen de antwoorden vergelijken en deze bespreken. 
Tijd: jullie krijgen daar 5 minuten de tijd voor.
Deel 2: klassikaal bespreken +- 5 minuten

Klaar? Maak opdracht 5.12 t/m 5.17 op blz. 66 en 67.

timer
5:00

Slide 8 - Tekstslide

Opdrachten maken
Maak opdracht 5.12 t/m 5.16 op blz. 66 en 67.

Deel 1: Jullie krijgen eerst 5 minuten zelf de tijd, dus eerst zelf proberen en overleg zachtjes met diegene die naast je zit.
Deel 2: Na 5 minuten loopt de docent rond en kan je vragen stellen.
Hulp nodig? Eerst goed de tekst boven de vraag lezen! Daarna: vraag het rustig aan diegene die naast je zit.
Klaar? Maak opdracht 5.17 en 5.18. 

timer
5:00

Slide 9 - Tekstslide

Afschrijving (blz. 67)
Afschrijving: boekhoudkundige waardevermindering van duurzame productiemiddelen. 

Duurzame productiemiddelen: zijn activa die meer dan één productieproces meegaan --> langer dan 1 jaar. 


Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Transfer Bergwijn?!
Investering Bergwijn:
31 miljoen
Contractduur:
Vijf jaar
Geen rekening houden met restwaarde

31 / 5 = 6,2 miljoen afschrijvingskosten per jaar

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht 5.18 maken
Maak opdracht 5.18 op blz. 68.

Hulp nodig? De antwoorden van opdracht 5.11 t/m 5.17 vind je op bladzijde 66 en 67. 
Tijd: Jullie krijgen 15 minuten de tijd. 
Klaar? Maak opdracht 5.19 en 5.20. 

timer
15:00

Slide 13 - Tekstslide

Hoofdstuk 5 is een onderwerp gericht op ...
A
Algemene economie
B
Bedrijfseconomie
C
Huhhh... Zijn wij bij een nieuw hoofdstuk???

Slide 14 - Quizvraag

De balans van een bedrijf is een momentopname van de ...
A
Inkomsten en uitgaven.
B
Bankrekening.
C
Bezittingen, schulden en het eigen vermogen.

Slide 15 - Quizvraag

Bezit
Schuld
Eigen vermogen
Inbreng ondernemer
Voorraad goederen
Lening bank

Slide 16 - Sleepvraag

De schulden staan aan de rechterkant van de balans.
A
Waar
B
Niet waar
C
Kan allebei

Slide 17 - Quizvraag

Bij een verkoop stijgt de voorraad.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quizvraag

Als je een leverancier afbetaald daalt ...
A
Eigen vermogen
B
Debiteuren
C
Crediteuren

Slide 19 - Quizvraag

Hoe bereken je de brutowinst?
A
Omzet plus de inkoopwaarde
B
Omzet min de inkoopwaarde
C
Omzet min inkoopwaarde en overige kosten

Slide 20 - Quizvraag

Ik wil ondernemer worden.
A
Ja, absoluut!
B
Het behoort tot de mogelijkheden.
C
Nee joh, veel te veel gedoe.
D
Ik ben al ondernemer.

Slide 21 - Quizvraag

Afsluiting les:
Doelen: 
- Je kan beschrijven wat er op een balans staat
- Je kan vanuit verschillende gebeurtenissen een mutatiebalans maken.

Steek je hand in de lucht als je het opstellen van een mutatiebalans nog erg lastig vind.

Slide 22 - Tekstslide

Afsluiting les:

Snap je er helemaal niks van? Geen paniek!

Uitleg over de balans: lesvideo staat online --> YouTube
Uitleg over de mutatiebalans: coming soon!

Slide 23 - Tekstslide