Woensdag 15 september

Wat gaan we doen vandaag?
* Formatieve toets Lezen in Classroom
* Terugblik vorige les
* Leerdoel(en) vandaag
* Introductie formeel en informeel taalgebruik
* Zelfstandig werken
* Evaluatie leerdoel

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen vandaag?
* Formatieve toets Lezen in Classroom
* Terugblik vorige les
* Leerdoel(en) vandaag
* Introductie formeel en informeel taalgebruik
* Zelfstandig werken
* Evaluatie leerdoel

Slide 1 - Tekstslide

Formatieve toets Lezen
In Classroom maak je de formatieve toets.
Je maakt deze alleen.
Ben je klaar, ga je stil aan je leerdoelen werken.
We starten straks met introductie nieuwe les!

SUCCES!

Slide 2 - Tekstslide

Aan het begin van een zin staat meestal een .....

Slide 3 - Open vraag

Met welke drie leestekens
kan een zin eindigen?
timer
0:30

Slide 4 - Open vraag

Leerdoelen vandaag
Je vraagt om informatie in een minder vertrouwde context.

Je hanteert de basisconventies bij correspondentie: Geachte/Beste, Hoogachtend, Met vriendelijke groet.

Je gebruikt formeel en informeel taalgebruik.

Slide 5 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen formeel en informeel taalgebruik?

Slide 6 - Open vraag

Formeel
Bij formeel taalgebruik moet de tekst aan bepaalde regels voldoen. Je schrijft meestal formeel als je iets aan een onbekende volwassene schrijft of aan je docent.
Bijvoorbeeld:
Als u hier kijkt, ziet u dat ...
Hier ziet u dat ...
Kunt u mij vertellen of...? 

Slide 7 - Tekstslide

Informeel
Je schrijft informeel als je iets aan bekenden schrijft die even oud zijn.
Met een medeleerling of een vriend/vriendin ga je informeel om.
Sommige mensen ken je wel, maar moet je toch formeel aanspreken, bijvoorbeeld je docent. Bij informeel taalgebruik hoef je niet zo na te denken over je toon en je woordkeuze.
Bijvoorbeeld:
Wil je hier naar kijken?
Heb je daar al een afspraak voor gemaakt? 
Kun je me vertellen of ...?

 

Slide 8 - Tekstslide

Zelfstandig aan de slag
Je gaat nu zelf oefenen met de verschillende opdrachten in de portal > Blok 1 > Trede 1

Je maakt van het kopje schrijven het onderdeel:
- zoals het hoort

Klaar? > werk aan je eigen doelen

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Link

Is een zakelijke e-mail formeel of informeel?
A
formeel
B
informeel

Slide 11 - Quizvraag

Gaat het in de onderstaande zin om formeel of informeel taalgebruik?

Met mij is alles prima!
A
formeel
B
informeel

Slide 12 - Quizvraag

Formeel of informeel?
Een klasgenoot van de basisschool
A
Formeel
B
Informeel
C
Geen van beide
D
Allebei

Slide 13 - Quizvraag