Examenvraag 1.7

Examenvraag bespreken
Bolivia, Kazachstan en Nieuw-Zeeland

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Examenvraag bespreken
Bolivia, Kazachstan en Nieuw-Zeeland

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Geef twee verschillen tussen de leeftijdsopbouw van de bevolking van deze twee landen. 
  • Je kent de leeftijdsopbouw niet van Nieuw-Zeeland...
  • Wat voor land is Nieuw-Zeeland?
  • Hoe ziet een grafiek er uit van zo'n land?

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Dus...
  • Het aandeel jongeren is in Nieuw-Zeeland kleiner (dan in Bolivia).
  •  Het aandeel ouderen is in Nieuw-Zeeland groter (dan in Bolivia).
  •  De bevolking van Nieuw-Zeeland is gemiddeld ouder (dan die van Bolivia).

Slide 5 - Tekstslide

Vraag 2
  • De levensomstandigheden in Kazachstan verschillen van die in Nieuw-Zeeland. 
  • Geef aan met welke twee demografische indicatoren, die zijn weergegeven op de kaartbladen 260 en 261, je dit het beste kunt aantonen; 
  • Levensomstandigheden?? Demografisch??

Slide 6 - Tekstslide

Dus...
  • zuigelingensterfte en levensverwachting


Slide 7 - Tekstslide

Vraag 2 (deel 2)
  • Geef aan waardoor de VN-index over levensomstandigheden (de Human Development Index) een betrouwbaarder beeld geeft van de levensomstandigheden dan deze twee demografische indicatoren. 
  • VN-index??
  • Oke... en waarom is het dan beter?

Slide 8 - Tekstslide

Dus
De VN-index over levensomstandigheden geeft een beter beeld van de levensomstandigheden omdat naast demografische ook andere (economische en sociaal-culturele) indicatoren worden meegewogen / deze indicator een samengestelde indicator is / in deze indicator meer dingen meegewogen worden 

Slide 9 - Tekstslide

Vraag 3
Noteer de letters a, b en c op je antwoordblad. Schrijf achter elke letter de naam van het juiste land. 

Slide 10 - Tekstslide

Dus...
  • Je hebt net eigenlijk al een verdeling (centrum, sp & p) gemaakt toen het op welzijn aan kwam; Nieuw Zeeland is... Bolivia is.... en Kazachstan is....
  • Dus dan moet je nu alleen maar de exportproducten koppelen aan het soort land
  • a: NZ b: Bolivia c: Kazachstan

Slide 11 - Tekstslide

4. Schrijf voor Bolivia en Nieuw-Zeeland:
− de naam van het koloniale moederland;
− wat voor type kolonie dat land was.

  • Kijk naar de taal...
  • Kun je het tweede weten los van het 'te weten'?

Slide 12 - Tekstslide

De relatieve ligging van Nieuw-Zeeland is de afgelopen decennia verbeterd. 
Geef aan waardoor de relatieve ligging van Nieuw-Zeeland verbeterd is.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Dus.. 
Uit het antwoord moet blijken dat het economisch zwaartepunt van de wereldhandel verschuift richting Azië / de Pacific Rim (en Nieuw-Zeeland ligt relatief gunstig ten opzichte van dat gebied).

Slide 15 - Tekstslide

Muziek!
Open de vragen op SOM bij de les van vandaag!

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video