les 2 - 3 - 4 - zeg je zeg - Zelfbeeld, zelfkennis, positieve mindset, zelfvertrouwen

Zelfbeeld



Assertiviteit


1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
DramaBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Zelfbeeld



Assertiviteit


Slide 1 - Tekstslide

oefening 1 
Maak een tekening van jezelf en denk hierbij aan volgende vragen 
  • kleuren? 
  • rond of hoekig? 
  • kledij? 
  • accesoires? 

Slide 2 - Tekstslide

Komt dit overeen met de werkelijkheid?
A
ja, volledig
B
nee, helemaal niet
C
eerder wel
D
eerder niet

Slide 3 - Quizvraag

Positief <--> negatief 

  jezelf <--> buitenwereld 



Assertiviteit


Slide 4 - Tekstslide

 Zelfbeeld ontwikkelen 
  • waarden en normen 
  • vroegere ervaringen 
  • opvoeding 
  • omgeving 
  • zelfkennis 
  • wat anderen over ons zeggen en denken 
  • zelfvertrouwen 
  • gedachten en gevoelens 

Slide 5 - Tekstslide

Zelfkennis 



Assertiviteit


Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

oefening 1 en 2  

Slide 8 - Tekstslide

Waarom belangrijk? 
  • Je kent je kwaliteiten en je werkpunten
  • Je kan beter beslissingen nemen 
  • Je kan hierdoor beter aan anderen duidelijk maken wat je wil en wat je niet wil 
  • Je kan meer energie steken in iets wat voor jou belangrijk is 
  • Je weet beter hoe je zal reageren in bepaalde situaties en kunt hier dus vooraf over nadenken 
  • Je krijgt uiteindelijk meer zelfvertrouwen en een beter zelfbeeld 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Ik herken mezelf het minste in?

Slide 11 - Open vraag

Ik moet opletten dat ik niet teveel ... ben?

Slide 12 - Open vraag

Dit dier wil ik graag eens een dag zijn

Slide 13 - Open vraag

Met dit dier wil ik nooit ruilen

Slide 14 - Open vraag

Gedachten en gevoelens 
Naar een positieve mindset 



Assertiviteit


Slide 15 - Tekstslide

Je kan maar assertief gedrag vertonen als je assertieve gedachten hebt! 

Slide 16 - Tekstslide

Belangrijke vaststelling

Je kan maar assertief handelen en communiceren 
 als je assertief denkt! 

Slide 17 - Tekstslide

Negatieve gedachten

Slide 18 - Woordweb

Positieve gedachten

Slide 19 - Woordweb

Slide 20 - Tekstslide

Foute gedachten 
sneeuwbaleffect 

1 enkele gebeurtenis groeit aan tot een eindeloze serie nederlagen. Een beetje zoals een sneeuwbal die groeit als hij van een heuvel rolt. 
Zwarte bril 
Je ziet enkel de negatieve kant van wat er gebeurt. bv. op een leuke dag iets zoeken wat niet goed ging. 

Positief = negatief 
Ook bij positieve dingen vorm je die om tot iets negatiefs. bv. een meisje vraagt je uit en je denk: dit is enkel omdat ze niemand anders kan vinden... 

te hoge doelen 

We leggen onze doelen zo hoog dat we toch al weten dat ze gaan mislukken. Gedachten zoals ' ik kan niet ...', 'Ik moest eigenlijk...', .. komen vaak voor. 
Voorspellen wat de ander denkt over je en hoe de ander zal reageren. 

Voorspellen wat de toekomst zal brengen.

Dingen opblazen of veralgemenen 

Je maakt negatieve zaken groter dan ze zijn en denkt ook dat ze steeds en alleen bij jou gebeuren. 
emotioneel denken 

Je emoties worden je de baas en kleuren je gedachten. Je vergeet wat er in de werkelijkheid gebeurt omdat je overmand bent door je emoties. 
zwart wit denken/ alles of niets denken 

Grijs bestaat niet. Dit is echter onrealistisch in de echte wereld. 
Etiket 

Je plakt jezelf, situaties en andere snel een etiket op door zaken die gebeuren. 

Slide 21 - Tekstslide

Foute gedachten 
Helpende gedachten 
Opkomen voor mezelf is egoïstisch
Ik mag gerust hulp vragen aan anderen
Het komt erop aan de sterkste te zijn
Ik kan beter mijn mond houden 
Als ik mijn gedacht zeg weet de ander wat ik er van vind 
Ik kan niet meer doen dan mijn best 
Er wordt nooit naar mij geluisterd 
Hulp vragen is een teken van zwakte 
Ik moet tegen iedereen altijd beleefd blijven 

Slide 22 - Sleepvraag

Zelfvertrouwen 
Ik sta sterk in mijn schoenen 
Ik weet wat ik kan 
Ik ben zeker van mezelf
Ik twijfel niet aan mezelf 

Slide 23 - Tekstslide

Wat verkleint jouw zelfvertrouwen?

Slide 24 - Open vraag

Wat vergroot jouw zelfvertrouwen?

Slide 25 - Open vraag