In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Pleonasme en Tautologie
Learnbeat 3.7 -> Taalverrijking
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoel:
Je herkent een pleonasme of tautologie in een zin/tekst.
Je kunt het verschil tussen pleonasme en tautologie benoemen.
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Pleonasme
Een pleonasme kan een versterking zijn van een beeld dat je wilt schetsen. VB: 'Groen gras', 'nat water' of 'witte sneeuw'
Dat zijn niet per se fouten. Iets 'opnieuw herhalen' of 'naar beneden laten vallen' is wel fout. Hier wordt onnodig de nadruk gelegd op een eigenschap van iets wat je noemt.
Slide 4 - Tekstslide
Tautologie
Ook een tautologie kan een versterking zijn: Twee of meer woorden die hetzelfde betekenen.
VB: 'gratis en voor niets','nooit niet', 'want ik wil immers nooit slapen.'
Slide 5 - Tekstslide
In het kort:
Pleonasme: je voegt een eigenschap van iets toe in een uiting, terwijl dat niet nodig is of al vanzelf spreekt.
Tautologie: je zegt/schrijft twee keer hetzelfde, in andere woorden, achter elkaar.
Slide 6 - Tekstslide
Het gebeurt vaak en dikwijls.
A
pleonasme
B
tautologie
Slide 7 - Quizvraag
Ik heb het zelf persoonlijk afgeleverd.
A
pleonasme
B
tautologie
Slide 8 - Quizvraag
Een eetbare koek.
A
pleonasme
B
tautologie
Slide 9 - Quizvraag
Natuurlijk controleren we vanzelfsprekend de antwoorden.
A
pleonasme
B
tautologie
Slide 10 - Quizvraag
Nog even iets extra's:
Pleonasme: je voegt een eigenschap van iets toe in een uiting, terwijl dat niet nodig is of al vanzelf spreekt.De woorden die gebruikt worden, behoren niet tot dezelfde woordsoort.
Tautologie:je zegt/schrijft twee keer hetzelfde, in andere woorden, achter elkaar. Hier worden wel vaak dezelfde woordsoorten gebruikt.
Let op: soms maken een pleonasme of een tautologie een tekst sterker. Soms juist niet. Hier gaan we in een volgende les op in.