Urinewegstelsel niv 2

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

Urinewegstelsel

Week 1	Kennismaken. Intro AZK Cellen, weefsels, organen en stelsels
Week 2	Spijsverteringsstelsel
Week 3	Ziektebeelden spijsvertering/voedingsproblemen
Week 4	Urinewegstelsel

Week 5	Diabetes
Week 6	-
Week 7	-
Week 8	-
Week 9	-

Leerdoelen

• Je kunt uitleggen hoe het urinewegstelsel is opgebouwd en hoe het werkt
• Weet wat een urineweg infectie is, nierstenen zijn en prostaatproblemen inhouden

Welke stoffen scheiden wij uit als afval?

urine en ontlasting

Wat weet je al van het urinewegstelsel

Urineweg stelsel

Tot het orgaanstelsel behoren:​

• 2 nieren​
  
• 2 urineleiders​
  
• Urineblaas​
  
• plasbuis

Help Harrie aan urinewegen

Opdracht bij film

• Waar liggen je nieren?
• Welke vorm hebben de nieren?
• Welke taak/functie hebben de nieren?
• Wanneer ga je pas merken als je nieren niet meer goed functioneren?

Ligging nieren

• Aan weerszijden van de wervelkolom​
• Ter hoogte van de twee laatste borstwervels​
  
• Rechter nier iets lager dan linker nier (vanwege lever)

Bouw nier

Vorm van een boon​

​

Bovenop de nieren: bijnieren​

(Bijnieren niet betrokken bij ​

Urineproductie)​

Bijnieren maken hormonen aan 

Functies/taken nieren

1. Verwijderen van overtollig water en zouten uit het bloed
2. Regelen bloeddruk
3. Verwijderen van schadelijke (afval-)stoffen uit het bloed​

Uitscheiden zure en basische stoffen

Urinelozing

• Bij volle blaas: prikkel via ruggenmerg naar hersenen
• Spieren van de blaas trekken zich samen en ontspant de kringspier​
• Gemiddeld 6 à 7 keer per dag
  

Hoeveel urine is 'normaal' gesproken in de blaas voordat je signaal krijgt om te plassen?

1. 100 a 200 ml
2. 300 a 400 ml
3. 500 a 600 ml
4. 700 a 800 ml