In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Slide 5 - Tekstslide
Wat is de formule voor druk in woorden?
A
Druk =
kracht/ oppervlakte
B
Druk =
oppervlakte / kracht
C
Druk =
kracht x oppervlakte
D
Druk =
oppervlakte x kracht
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Video
Een mes heeft een oppervlakte van 0,05 cm2. Er wordt een kracht van 150 N op uitgeoefend. Bereken de druk.
Slide 8 - Open vraag
Een vrouw van 60 kg staat op een naaldhak van 1,5 cm2. Bereken de druk op de hak.
Slide 9 - Open vraag
Het snijvlak van een mes heeft een oppervlakte van 0,5 cm2. De kracht op het mes is 9 N. Bereken de druk onder het snijvlak
Slide 10 - Open vraag
Je ziet een aangepaste Jeep met rupsbanden. De druk onder één rupsband op de ondergrond is 3,2 N/cm2. Het contactoppervlak van deze rupsband met de ondergrond is 2000 cm2. Bereken de kracht van deze rupsband op de ondergrond.