Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
3.6 De parlementaire democratie
3.6 De parlementaire democratie
1 / 21
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Maatschappijleer
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
In deze les zitten
21 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
3.6 De parlementaire democratie
Slide 1 - Tekstslide
Het parlement bestaat uit...
A
De Tweede Kamer en de Eerste Kamer.
B
De Tweede Kamer.
C
De Tweede Kamer en de regering.
D
De Tweede Kamer en de ministers.
Slide 2 - Quizvraag
De belangrijkste taken van het parlement zijn...
A
(mede)wetgeving en controleren van het kabinet.
B
(mede)wetgeving en de rijksbegroting maken.
C
controleren van het kabinet en maatschappelijke problemen oplossen.
D
controleren van het kabinet en stemmen.
Slide 3 - Quizvraag
De Eerste Kamer is anders dan de Tweede Kamer. De Eerste Kamer mag...
A
Nieuwe wetten ondertekenen.
B
Een wetsvoorstel in zijn geheel goed- of afkeuren.
C
Amendementen indienen als ze een wetsvoorstel willen verbeteren.
D
Zelf wetten maken.
Slide 4 - Quizvraag
Voor hun wetgevende taak hebben Tweede Kamerleden de volgende rechten:
(Kies drie antwoorden)
A
Stemrecht: ze kunnen wetsvoorstellen goedkeuren of afkeuren.
B
Recht van amendement: ze kunnen delen van wetsvoorstellen veranderen.
C
Recht van initiatief: ze mogen zelf wetsvoorstellen maken en die aan de Kamer voorleggen.
D
Vragenrecht: ze mogen mondeling of briefvragen stellen aan ministers of staatssecretarissen.
Slide 5 - Quizvraag
Als een minister een grote fout heeft gemaakt en moet aftreden, dan mag de Tweede Kamer gebruik maken van dit recht:
A
Motierecht, namelijk een motie van wanttrouwen indienen.
B
Recht van interpellatie: De minister moet naar de Tweede Kamer komen om uitleg te geven.
C
Enquêterecht: ze mogen een groot onderzoek uitvoeren.
D
Vragenrecht: ze mogen mondeling of per brief vragen stellen aan de minister.
Slide 6 - Quizvraag
Het parlement heeft best veel macht in Nederland...
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Hoe herken je een democratie?
Slide 9 - Open vraag
Kenmerken van een democratie
Er is een Grondwet
De politieke macht is verdeeld in drie onderdelen (trias politica).
Het door de burgers gekozen parlement heeft de hoogste macht.
Slide 10 - Tekstslide
Het verschil tussen de regering en het parlement is...
A
Het parlement controleert de regering.
B
De regering bestaat uit de koning en de ministers en het parlement uit Eerste -en Tweede Kamerleden.
C
De regering mag wetten maken en het parlement niet.
D
De regering maakt een regeerakkoord en het parlement niet.
Slide 11 - Quizvraag
Scheiding der machten/trias politica
Het parlement beslist over alle wetsvoorstellen van de regering;
De regering voert de wetten uit;
De rechters beoordelen of de overheid en de burgers zich wel aan de wet houden.
Slide 12 - Tekstslide
Trias Politica
"Scheiding der drie machten":
1. Wetgevende macht
2. Uitvoerende macht
3. Rechtgevende macht
Om misbruik te voorkomen
Slide 13 - Tekstslide
Trias Politica
Parlement
ministers
rechters
Slide 14 - Tekstslide
1. Wetgevende macht
Stelt wetten vast waar burgers en de overheid zich aan moeten houden.
Taak
Wie:
Regering: Koning + ministers
Gekozen parlement: 1eK en 2e K
Slide 15 - Tekstslide
2. Uitvoerende macht
Taak
Wie:
Zorgt ervoor dat wetten worden uitgevoerd en nageleefd
Landelijk:
Regering: Ministers + de Koning
Lokaal:
Burgemeesters en wethouders.
Slide 16 - Tekstslide
Voorbeeld:
Minister van Volksgezonheid (of parlementslid)dient wetsvoorstel in:
Jongeren onder de 18 mogen niet drinken
wetgevende macht
Gemeentes moeten hier op gaan handhaven, extra bewaking bij horecagelegenheden. Boetes uitdelen etc.
uitvoerende macht
Slide 17 - Tekstslide
3.Rechtelijke macht
Taak
Wie: onafhankelijke rechters
Beoordeeld of wetten goed worden nageleefd en doet uitspraak bij conflicten
Slide 18 - Tekstslide
Vanwege de macht van het parlement noemen we Nederland een parlementaire democratie...
Slide 19 - Tekstslide
En dan...
Parlementaire democratie
+
Grondwet
+
Trias politica
=
Rechtstaat
(Een land waarin de rechten en plichten van burgers én de overheid in de grondwet zijn vastgelegd en ook worden nageleefd).
Slide 20 - Tekstslide
Voor de volgende les:
Maak vraag 2, 3, 5, 6, 9 en 13 op blz. 52 in jouw werkboek.
Maak de samenvatting van 3.6 op blz. 61.
Lees terug in jouw tekstboek en vraag de docent om hulp als je er niet uit komt.
Laat zien dat je de vragen af hebt door een foto van je werk te maken en deze via een berichtje in Teams aan de docent te sturen.
Kijk jouw antwoorden na met het nakijkblad. Kijk ook de samenvatting op blz. 61.
Slide 21 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Parlementaire democratie: machten
Juli 2021
- Les met
20 slides
door
Seneca Burgerschap
Maatschappijleer
Middelbare school
havo
Leerjaar 4,5
Seneca Burgerschap
Hoofdstuk 4 - Wie doet wat in de politiek
September 2021
- Les met
31 slides
door
Seneca Burgerschap
Maatschappijkunde
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 3,4
Seneca Burgerschap
Hoofdstuk 4 - Wie doet wat in de politiek
September 2021
- Les met
31 slides
door
Seneca Burgerschap
Maatschappijkunde
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 3,4
Seneca Burgerschap
3.6 De parlementaire democratie
November 2023
- Les met
23 slides
Maatschappijleer
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Parlementaire democratie: machten
Augustus 2021
- Les met
20 slides
door
Seneca Burgerschap
Maatschappijleer
Middelbare school
havo
Leerjaar 4,5
Seneca Burgerschap
3.6 De parlementaire democratie
Maart 2021
- Les met
15 slides
Maatschappijleer
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
3.6 Parlementaire democratie
Oktober 2023
- Les met
19 slides
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 4
7.2 Macht in Nederland
Augustus 2020
- Les met
46 slides
door
Seneca Burgerschap
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 3,4
Seneca Burgerschap