Hoofdstuk 5 Paragraaf 2

Personeel en productie



Hoofdstuk 5 Paragraaf 2
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Personeel en productie



Hoofdstuk 5 Paragraaf 2

Slide 1 - Tekstslide

Loonkosten
Het brutoloon is het loon dat bovenaan het loonstrookje (salarisoverzicht) van de werknemer staat.
Het nettoloon ontvangt het personeel op hun bankrekening. Dit is het loon dat onderaan het loonstrookje van de werknemer staat.
Een synoniem voor het woord loon is salaris.
Wat zijn nu de loonkosten?
Loonkosten werkgever = brutoloon + sociale lasten werkgever
of
Loonkosten werkgever = nettoloon + WIG                 (schrijf deze 2 formules op)


Slide 2 - Tekstslide

                                     WIG
                                                                      

De WIG is het verschil tussen
 de loonkosten werkgever en het
nettoloon werknemer.

(neem dit overzicht over)

Slide 3 - Tekstslide

                                     WIG
  • Sociale premies werkgever:
dit zijn de sociale lasten die de
werkgever betaald.
  • Sociale premies werknemer:
dit zijn de sociale lasten die de
werknemer betaald van zijn brutoloon.
  • De sociale premies werknemer en
loonbelasting samen worden ook
wel loonheffing genoemd.
loonheffing genoemd.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Wat is de goede formule van de wig?
A
loonkosten werkgever - loonheffing
B
loonkosten werkgever - nettoloon
C
brutoloon - loonheffing
D
brutoloon - nettoloon

Slide 6 - Quizvraag

Zet de onderdelen van de loonbereking in de juiste volgorde. 
Loonkosten
Premies werkgever
Brutoloon 
Loonbelasting en premies werknemer
Nettoloon

Slide 7 - Sleepvraag

Brutoloon -..............-.................= Nettoloon
A
Loonbelasting Premies werknemer
B
Loonbelasting Premies werkgever
C
Wig Loonbelasting
D
Wig Premies

Slide 8 - Quizvraag

Hoe reken je de wig uit?
A
loonkosten - loonbelasting
B
nettoloon + loonbelasting + sociale premies werknemer
C
loonkosten - nettoloon
D
loonkosten - brutoloon

Slide 9 - Quizvraag

Werknemerspremies werknemersverzekeringen € 10.000
Werkgeverspremies werknemersverzekeringen € 12.000
Pensioenpremies werkgever € 7.000
Loonbelasting € 15.000
Premies volksverzekeringen € 20.000
Pensioenpremies werknemer € 5.000
Nettoloon € 44.000,-

De WIG bedraagt € 69.000
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 10 - Quizvraag

Ik werk voor €2.601 bruto per maand. De loonbelasting is 30%.
De premies voor volks- en werknemersverzekeringen zijn 18% van mijn brutoloon. De werkgevers premie is 15%

Bereken de wig

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Video

Slide 13 - Video

Sociale zekerheid
Volksverzekeringen
Sociale voorzieningen
Sociale verzekeringen
Werknemers-verzekeringen

Slide 14 - Sleepvraag