Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Les 1 herhaling 1 & 2 na kerstvakantie
Herzlich willkommen!
Herzlich Willkommen!
1 / 39
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
In deze les zitten
39 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Herzlich willkommen!
Herzlich Willkommen!
Slide 1 - Tekstslide
Heute:
Wiederholung: vor den Ferien (Kapitel 1/2)
Schreibfertigkeit Kapitel 2
Abschluss der Stunde
Slide 2 - Tekstslide
Lernziel I Leerdoel:
Herhaling van voor de vakantie
(thema: jezelf en anderen voorstellen)
Slide 3 - Tekstslide
We gaan zo kijken naar een fragment.
In het fragment stelt Tim zich voor.
Noteer in jouw schrift én schrijf straks de antwoorden op:
1. Alter:
2. Hobbys:
3. Familie:
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
Herhaling: werkwoorden haben & sein
Ik kan de werkwoorden "haben" en "sein" in de tegenwoordige tijd in het Duits gebruiken.
Slide 6 - Tekstslide
Ich (heb) zwei Geschwister.
A
habe
B
hast
C
hat
D
haben
Slide 7 - Quizvraag
Wie alt (ben) du?
A
bin
B
bist
C
ist
D
sind
Slide 8 - Quizvraag
Mein Bruder (is) sehr groß.
A
bin
B
bist
C
ist
D
sind
Slide 9 - Quizvraag
Ihr (zijn) besser geworden.
Slide 10 - Open vraag
(heb) du Geschwister?
Slide 11 - Open vraag
Ziel: woordenschat herhalen
Slide 12 - Tekstslide
Schrijf in het Duits:
"de zus"
Slide 13 - Open vraag
Schrijf in het Duits:
"de broer"
Slide 14 - Open vraag
Schrijf op in het Duits:
"het gezin"
Slide 15 - Open vraag
"de broers/zussen" in het Duits:
A
die Schwester
B
die Geschwister
Slide 16 - Quizvraag
"de oom" in het Duits:
A
der Onkel
B
der Oom
C
der Cousin
Slide 17 - Quizvraag
"de ouders" in het Duits:
A
die Eltern
B
das Alter
C
das Mädchen
Slide 18 - Quizvraag
Welke vraag past bij het antwoord:
"Ich bin siebzehn."
A
Wo wohnst du?
B
Wie heißt du?
C
Wie groß bist du?
D
Wie alt bist du?
Slide 19 - Quizvraag
Welke vraag past bij het antwoord:
"Ich komme aus den Niederlanden."
A
Wo wohnst du?
B
Wie wohnst du?
C
Woher kommst du?
D
Wann bist du geboren?
Slide 20 - Quizvraag
Welke vraag past bij het antwoord:
"Ich habe eine Schwester und zwei Brüder."
A
Wie alt bist du?
B
Wie wohnst du?
C
Hast du Geschwister?
Slide 21 - Quizvraag
Het meervoud van "die Schwester" =
Slide 22 - Open vraag
Het meervoud van "die Tante" =
Slide 23 - Open vraag
Het meervoud van "der Bruder" =
Slide 24 - Open vraag
aardig
slim
grappig
spontaan
sportief
eerlijk
irritant
nervig
ehrlich
sportlich
spontan
witzig
nett
klug
Slide 25 - Sleepvraag
Ziel:
kennis uitspraak herhalen
Slide 26 - Tekstslide
De "eu" in bijvoorbeeld: "neun", "Deutschland" spreek ik uit als een:
A
eu
B
oi
C
au
Slide 27 - Quizvraag
De "u" in bijvoorbeeld: "Telefonnummer", "und" spreek ik uit als een:
A
oe
B
uu
Slide 28 - Quizvraag
De "z" in bijvoorbeeld: "dreizehn", "zwei" spreek ik uit als een:
A
s
B
z
C
ts
Slide 29 - Quizvraag
De "s" in bijvoorbeeld: "sieben", "sein", "Sohn" spreek ik uit als een:
A
s
B
z
C
ts
Slide 30 - Quizvraag
De "ß" in bijvoorbeeld: "Großeltern" spreek ik uit als een:
A
s
B
z
C
ts
Slide 31 - Quizvraag
Hoe gaat het nu bij Duits?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 32 - Poll
Jetzt: Schreibfertigkeit
Kapitel 2
Slide 33 - Tekstslide
Lernziele I Leerdoelen:
Ik kan in eenvoudige zinnen iets over mijn familie en mezelf schrijven in het Duits;
Ik weet, welke woorden ik in het Duits met een hoofdletter schrijf;
Ik kan de hoofdletters in het Duits correct gebruiken.
Slide 34 - Tekstslide
Wat weet ik over het hoofdlettergebruik bij de Duitse taal?
Slide 35 - Woordweb
Instruktion
Ik kan in eenvoudige zinnen iets over mijn familie en mezelf schrijven in het Duits;
Ik weet, welke woorden ik in het Duits met een hoofdletter schrijf;
Ik kan de hoofdletters in het Duits correct gebruiken.
Seite 58: Aufgabe 40-41-42
Slide 36 - Tekstslide
Lernziele checken:
Ik kan in eenvoudige zinnen iets over mijn familie en mezelf schrijven in het Duits;
Ik weet, welke woorden ik in het Duits met een hoofdletter schrijf;
Ik kan de hoofdletters in het Duits correct gebruiken.
Slide 37 - Tekstslide
1) Leg uit welke woorden je in het Duits met een hoofdletter schrijft.
2) Geef minimaal 1 voorbeeld van zo'n woord.
Slide 38 - Open vraag
Tschüss :)
Slide 39 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Les 1 herhaling 1 & 2 na kerstvakantie
26 dagen geleden
- Les met
37 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Les 1 herhaling 1 & 2 na kerstvakantie
26 dagen geleden
- Les met
30 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Les 1 herhaling 1 & 2 na kerstvakantie
28 dagen geleden
- Les met
34 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
2D - di051021
Oktober 2021
- Les met
14 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
44 I:toets P1 nakijken+ periode 2 vooruitblik
Juni 2022
- Les met
20 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
M1c - sich vorstellen
Maart 2024
- Les met
19 slides
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
2C - vr161020
Oktober 2020
- Les met
14 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
HV1c- Lektion Stammbaum 05.12.24
December 2024
- Les met
10 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2