2G1 - 27 feb 2024 - Disk uiterlijk - Taak 3: discussie

Uiterlijk
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Voortgezet speciaal onderwijsMiddelbare schoolISKvmbo bLeerroute VBLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Uiterlijk

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
- Ik doe mee aan gesprekken die gaan over onderwerpen waar ik iets van weet.

- Ik geef mijn mening tijdens een groepsgesprek, bijvoorbeeld na een spreekbeurt of presentatie.

Slide 2 - Tekstslide

Discussiëren
Waar denk je aan bij discussiëren? Wat heb je nodig in een discussie? Wat is belangrijk?

Maak een woordweb in tweetallen.

(Ken je het woord niet in het Nederlands? Schrijf het woord dan in het Engels of in je eigen taal.)

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Woordweb

Spel
Zet zes stoelen in een cirkel. Vijf leerlingen nemen plaats op de stoelen, één stoel blijft leeg. De andere leerlingen staan achter de stoelen. De leerlingen op de stoelen discussiëren over de eerste stelling. 
- 'Ik ben het hier niet mee eens'
- 'Ik ben het ermee eens'
- 'Hierover verschillen wij van mening'

Slide 5 - Tekstslide

Spel
Als je buiten de cirkel staat en iets wil zeggen, ga je op de lege stoel zitten. Iemand uit de cirkel moet opstaan en een plaats leegmaken. Deze stoelendans gaat door tot iedereen een beurt heeft gehad. 
Gebruik de volgende zinnen om je mening te geven:

- 'Ik ben het hier niet mee eens'
- 'Ik ben het ermee eens'
- 'Hierover verschillen wij van mening'

Bij het woord 'discussiëren' wisselt iedereen van plek!

Slide 6 - Tekstslide

Stelling 1
Met mooie kleren ben je populair.

Slide 7 - Tekstslide

Stelling 2
Op school moet iedereen een uniform dragen.

Slide 8 - Tekstslide

Stelling 3 
50 euro per maand is genoeg om er leuk uit te kunnen zien.

Slide 9 - Tekstslide

Stelling 4 
Je kleding vertelt wie je bent.

Slide 10 - Tekstslide

Voer een discussie
- Het gaat om jouw mening. Gebruik dus:
 ‘Ik vind’ 
Volgens mij’
Ik denk dat’

- Luister goed naar elkaar zodat je mee kunt praten. 

Slide 11 - Tekstslide

Met mooie kleren ben je populair.

Ben je het hiermee eens of oneens? Waarom?

Slide 12 - Open vraag

Op school moet iedereen dezelfde kleren (een uniform) dragen.

Ben je het hiermee eens of oneens? Waarom?

Slide 13 - Open vraag

50 euro per maand is genoeg om er leuk uit te zien
Ben je het ermee eens? Ga bij eens op het bord staan.

Ben je het er niet mee eens? Ga bij oneens op het bord staan.

Slide 14 - Tekstslide

50 euro per maand is genoeg om er leuk uit te zien
Jullie staan nu in twee groepen. Per groep bedenk je drie argumenten waarom jullie het eens of oneens zijn met de stelling.

Jullie hebben hier vijf minuten de tijd voor! 
Eerder klaar? 
Bedenk dan nog meer argumenten!

Slide 15 - Tekstslide

Je kleding vertelt wie je bent.
Jullie staan nu in twee groepen. Per groep bedenk je drie argumenten waarom jullie het eens of oneens zijn met de stelling.

Jullie hebben hier vijf minuten de tijd voor! 
Eerder klaar? 
Bedenk dan nog meer argumenten!

Slide 16 - Tekstslide

Je doet mee aan simpele gesprekken die gaan over onderwerpen waar je iets van weet.
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Poll

Je geeft je mening tijdens een groepsgesprek, bijvoorbeeld na een spreekbeurt of presentatie.
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll

Exit ticket
Schrijf op
Je naam
1. Drie dingen die ik heb geleerd.
2. Een ding dat ik nog wil oefenen.
3. Wat ga je doen om de lesstof van vandaag te onthouden?

Slide 19 - Tekstslide