staat alleen:
- Iets zegt me dat het niet juist is. Iemand moet helpen.
iemand, niemand, de een of ander, iets, niets, wat, het een of ander, enige(n), enkele(n), sommige(n), verscheidene, verschillende, ettelijke, menig(e), genoeg, voldoende, ieder, allemaal, alleman, allen, alles, iedereen, elk, het, ...