Dementie en probleemgedrag

1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1,4

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Onbegrepen gedrag

Slide 10 - Tekstslide

wat is definitie onbegrepen gedrag?

Slide 11 - Woordweb

Onder probleemgedrag verstaan we alle gedrag van de cliënt dat deze cliënt of zijn omgeving als moeilijk hanteerbaar ervaart. Probleemgedrag heet ook wel onbegrepen gedrag. Veel probleemgedrag is afhankelijk van de situatie, de persoonlijkheidskenmerken van de cliënt zelf en de mensen om hem heen.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Ieder mens
Opnemen
verwerken
loslaten

Slide 16 - Tekstslide

timer
10:00

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

groepsopdracht Opdracht A3 vel
Welk probleem gedrag komt voor in welke fasen.

Overleg en schrijf dit op a3
timer
10:00

Slide 19 - Tekstslide

Gedragscategorieën: 
  1. Psychotisch gedrag
  2. Depressief gedrag
  3. Angstig gedrag (roepgedrag)
  4. Geagiteerd gedrag (agressie)
  5. Apathisch gedrag 

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Link

1. Psychotisch gedrag
  • Wanen en hallucinaties
  • Lijdensdruk hangt samen met inhoud
  • Zeer belastend en beangstigend
  • Kan leiden tot ontregeld gedrag
  • Gevaar veroorzaken

Slide 22 - Tekstslide

2. Depressief gedrag
  • Onderscheid depressief gedrag (40-50%) en depressieve stemmingsstoornis (10-20 %)
  • Moeilijke diagnose door overlap depressie en dementie
  • Mensen kunnen moeilijk aangeven wat ze voelen
  • Uiten in DSM criteria, maar ook in sociale isolatie/ terugtrekken en prikkelbaarheid
  • Vermindert kwaliteit van leven, zelfverwaarlozing, doodswensen, belasting verwanten en begeleiders

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

3. Angstig gedrag (roepgedrag)
  • Meest voorkomende problemen (8 - 71 % angstsymptomen/ 5-21 % angststoornis)
  • Komt vaak voor in combinatie met andere vormen van probleemgedrag
  • Gaat samen met ernstige functionele beperkingen
  • Verminderd sociaal functioneren
  • Verhoogt kans op opname verpleeghuis
  • Verlaagt kwaliteit van leven
  • Belastend voor naasten, mantelzorgers en begeleiders

Slide 25 - Tekstslide

4. Geagiteerd/ Agressief gedrag
  • Naam voor verschillende soorten rusteloos of prikkelbaar gedrag.
  • Fysiek of verbaal
  • Agressief of niet-agressief
  • Nachtelijke onrust
  • Verschillende factoren (aard en ernst dementie, pijn, fysiek ongemak, delier, psychose, angst of depressie. onvoldoende aansluiting bij specifieke behoefte)
  • Lagere kwaliteit van leven
  • Meer psychofarmaca/ vrijheidsbeperkende maatregelen
  • Grotere belasting zorgverleners en verwanten

Slide 26 - Tekstslide

5. apathisch gedrag:
  • Verminderd initiatief
  • Verminderde bereidheid tot deelname activiteiten
  • Minder interesse
  • Emotionele afvlakking
  • Leidt tot conditieverlies, sociale isolatie en zelfverwaarlozing
  • Verminderde kwaliteit (niet in laatste fase)

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

Nachtelijke onrust
Leidt tot uitputting mantelzorg waardoor versnelling opname
Cognitieve, affectieve en fysieke negatieve gevolgen

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Lesdoelen behaald?
  1. Je kunt de verschillende fasen van dementie benoemen
  2. je kunt twee voorbeelden noemen van onbegrepen gedrag en weet een mogelijkheid tot handelen.

Slide 32 - Tekstslide

Hoe vonden jullie de les? geef een cijfer..
010

Slide 33 - Poll