Voorbereiding-eersterondeOWNL

• Burgerschapsonderwijs
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 4,5

Programma vandaag

Doornemen stellingen en voornaamste argumenten

Keuze wie 1 tegen 1 debat gaat doen

Stelling

Geneesmiddelen en alternatieve behandelmethoden zonder bewezen werking moeten verboden worden.

Voor (1)

-De druppels van Giel Beelen bevatten stoffen die zeer gevaarlijk zijn en zelfs tot de dood kunnen lijden. Ook zitten er stoffen in die verboden zijn in grote landen als Frankrijk en Australië, een dergelijk middel toestaan is spelen met de gezondheid van onze kinderen.

Voor (2)

-Mensen die opzoek naar alternatieve geneesmiddelen doen dat niet zonder reden. Het komt vaak voort uit wanhoop, angst. Niet zelden hebben deze mensen ernstige ziektes en zien ze het als laatste redmiddel. We moeten de mensen beschermen tegen het bieden van valse hoop.

Voor (3)

-De arts federatie KNMG is voor een volledig verbod. Zij zeggen dat niet zomaar, want er gebeuren verschrikkelijk dingen. Mensen sterven onnodig of lopen niet herstelbare schade op (autoriteitsargument)

Voor (4)

Alternatieve geneeswijze maakt misbruik van de wanhoop, zoals homeopaten die geloven dat je met verdund water mensen kunt genezen en mensen die bang zijn voor de reguliere zorg en daardoor sterven i.p.v dat ze anders een goede kans op genezing hadden, dat moeten wij niet willen voorbeeld Sylvia Milecam actrice

Voor (5)

We kunnen veel beter investeren in een betere relatie tussen arts en patiënt i.p.v. kwakzalvers de ruimte geven.

Tegen (1)

Wij hebben vrijheid van godsdienst(grondrecht) en daar past ook een vrije keuze bij voor de niet reguliere zorg. Dus jullie zijn voor schending van grondrechten.

Tegen (2)

Heel veel dingen die niet bewezen werken kunnen mensen toch heel goed helpen en zijn niet per definitie gevaarlijk – mijn vriendin neemt weleens een pilletje om beter te slapen Valdispert, zonder bewezen werking, maar ook niet gevaarlijk, ze slaapt er goed op. Het is veel beter dan de troep – slaappillen- met bewezen werking te nemen.

Tegen (3)

Verhaal Dirk Kuijt: In zijn tijd bij Feyenoord kwam hij in contact met magnetiseur Henk de Gier. Deze begeleider van topsporters en artiesten is er voor het mentale aspect. De Gier haalt door handoplegging – hij noemt het zelf ‘bibberen’ – spanning weg.  Niet gevaarlijk=wel waardevol

Tegen 4

Mensen die gevaarlijke dingen doen, worden vervolgd. Zoals bij Sylvia Millecam, daarvoor hoeven wij niet een systeem wat voor veel mensen van waarde is te verbieden. Dat zoiets als het kind met het badwater weggooien. We gaan toch ook niet de geneeskunde verbieden omdat er artsen die verschrikkelijke fouten maken.

Stelling 2

De stelling is: Jongeren moeten op hun 16e kunnen stemmen voor de gemeenteraad en Provinciale Staten.

Voor (1)

Jongeren zijn de toekomst, beleid wat nu ingevoerd wordt is direct van invloed op de kansen het leven van jongeren.

Voor (2)

Jong geleerd= oud gedaan – hoe jonger de gewoonte van het stemmen erin zit, hoe groter de kans dat jongeren het later ook gaan doen. 

Voor (3)

Wetenschappers van de Universiteit van Amsterdam zien ook positieve effecten: zorgt voor hogere opkomst in de toekomst,jongere stemmers -stemmen niet met andere redenen dan oudere stemmers- makkelijker te bereiken via onderwijs verkleint de kloof hoger/lager opgeleiden

Voor (4)

Volwassenen maken niet perse betere keuzes. Zie de chaos in het VK

Voor (5)

Het is een RECHT en geen PLICHT dus je bereikt de jongeren die willen stemmen. De mensen die niet willen hoeven niet te stemmen.

Tegen (1)

Tieners hebben recht op kennis en ervaringen, die nodig zijn voor de ontplooiing. Het tienerbrein is echter nog niet klaar: de overgrote meerderheid van de tieners is nog ‘werk in uitvoering’. En de ontwikkeling van het brein gaat door tot ruim na het 25e jaar.

Tegen (2)

Midden-adolescenten ontwikkelen zich nog in neuropsychologische vaardigheden, in oordelen, kiezen & beslissen. En in denken & redeneren. Hun keuze- en besluitvormingsprocessen ‘rijpen’ nog door ervaringen en door feedback uit de omgeving.

Tegen (3)

De 18-jarige is een stuk verder in de ontwikkeling dan de 16-jarige, door kennis en ervaringen opgedaan op school, maar juist ook erbuiten. Deze kennis en ervaringen zijn nodig voor maken van weloverwogen keuzen. Daarin gaat het om het afwegen van argumenten voor en tegen, maar ook om het in-leven in de intenties van anderen.

Tegen (4)

De meerderheid van de tieners ontwikkelt nog een beter zelfinzicht. Velen weten nog onvoldoende wat-ze-NIET-weten. Dat geeft een grotere kans op impulsieve keuzen en beslissingen, bijvoorbeeld door alleen de mening van anderen (vriendjes/vriendinnetjes) te volgen.

Tegen (5)

Jongeren leveren financieel nog geen of nauwelijks een bijdrage aan de belastinginkomsten, dus daar past inspraak niet bij.

Tegen (6)

Jongeren moet je niet nog meer belasten. Kans geven om jongere te zijn i.p.v met allerlei volwassen zaken belasten

Stelling 3 (360 graden)

 Actievoeren helpt voor een beter klimaat.

Voor

De huidige aandacht voor het klimaat is niet ontstaan door de politiek, maar door actie voerders, het is al bijna te laat voor het klimaat, ondanks de aandacht die gegenereerd is, dus meer actievoeren is noodzakelijk.  Kernwoorden: wil je een toekomst, kansen, plicht als burger

Voor

De cultuur van actievoeren heeft geleid tot de Europese Green-Deal een Nederlandse minister van Klimaat - die ECHT is en niet van Green-Peace - dus er is winst behaald.

Tegen (1)

Actie voeren leidt tot polarisatie/tegenstellingen dat is juist niet de oplossing voor een beter klimaat, we kunnen beter met elkaar in gesprek gaan.

Tegen (2)

I.p.v actie voeren kunnen we beter de energie steken in dingen doen die goed zijn voor een beter klimaat, zoals bomen planten.

Tegen (3)

Aandacht is niet gekomen door actievoeren, maar door wetenschappelijke rapporten waar de schade zichtbaar werd.

Laatste dingetjes

-Wie doet 1 tegen 1?

-Namen invoeren debatteam

-Na eerste ronde om 13 uur (twee uur er tussen)

-Voorstel= pauze van een halfuur, daarna briefing tweede ronde?