2.2 en 2.3 oplossen met inklemmen en balansmethode

Oplossen 
- met grafieken
- met inklemmen
- met balansmethode
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Oplossen 
- met grafieken
- met inklemmen
- met balansmethode

Slide 1 - Tekstslide

Oplossen met inklemmen: Bereken de waarde van de letter W, vul je antwoord in op de volgende slide

Slide 2 - Tekstslide

Hoeveel is de letter W waard in de vorige opgave?

Slide 3 - Open vraag

Gebruik pen en papier:
Los de vergelijking op met inklemmen:
250 - 4,5t = 106

Slide 4 - Open vraag

Beoordeel jezelf: Ik kan oplossen met inklemmen
😒🙁😐🙂😃

Slide 5 - Poll

Welke vragen of opmerkingen heb je nog over inklemmen?

Slide 6 - Open vraag

Beoordeel jezelf: Ik kan oplossen met grafieken
😒🙁😐🙂😃

Slide 7 - Poll

Oplossen met grafieken
Het bedrag dat je moet betalen voor het huren van een auto kun je berekenen met de formule B = 125t + 300 waarbij B het bedrag is en t de tijd in dagen. 
Teken de grafiek bij de formule. Neem op de verticale as stappen van 100. 
Lees in de grafiek af bij hoeveel dagen je 800 euro moet betalen.

Slide 8 - Tekstslide

Lees af in de grafiek: Bij hoeveel dagen moet je 800 euro betalen?
A
3 dagen
B
4 dagen
C
5 dagen
D
6 dagen

Slide 9 - Quizvraag

Oplossen met de balansmethode
Bekijk het volgende filmpje. Schrijf de vergelijkingen die in het filmpje worden opgelost op in je schrift met de tussenstappen erbij.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Balansmethode
Schrijf de vergelijking op bij deze balans, het antwoord voer je in op de volgende slide

Slide 12 - Tekstslide

Schrijf de vergelijking op:

Slide 13 - Open vraag

Balansmethode
Los nu de vergelijking stap voor stap op in je schrift

Slide 14 - Tekstslide

Wat is volgens jou de oplossing?

Slide 15 - Open vraag

Los de vergelijking stap voor stap op:

Slide 16 - Tekstslide

Wat was de oplossing van de vorige vergelijking?
A
x = 2
B
x = 2,5
C
x = 3,5
D
x = 4

Slide 17 - Quizvraag

Los op:
4a + 17 = 29
A
a = 3
B
a= 4
C
a = 2
D
a = 5

Slide 18 - Quizvraag

Los op:
3x + 1 = 16
A
x = 3
B
x = 4
C
x = 5
D
x = 6

Slide 19 - Quizvraag

Los op:
3a - 6 = -9
A
a = 1
B
a = -5
C
a = -1
D
a = 5

Slide 20 - Quizvraag

Los op:
-2b - 7 = -23
A
b = 15
B
b = -15
C
b = 8
D
b = -8

Slide 21 - Quizvraag

Beoordeel jezelf: Ik kan oplossen met de balansmethode
😒🙁😐🙂😃

Slide 22 - Poll

Welke vragen / opmerkingen heb je nog?

Slide 23 - Open vraag