Repetitie hoofdstuk 7 Eten versie C
Welke stelling is / zijn juist?
1. Een koolhydraat is een voedingsmiddel.
2. Uit vitaminen haal je energie.
3. Rode bloedcellen hebben ijzer nodig.
1. Een koolhydraat is een voedingsmiddel.
2. Uit vitaminen haal je energie.
3. Rode bloedcellen hebben ijzer nodig.
A
stelling 3 is juist
B
stelling 2 en 3 zijn juist
C
stelling 1 en 3 zijn juist
D
alle stellingen zijn juist
1 / 19
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Welke stelling is / zijn juist?
1. Een koolhydraat is een voedingsmiddel.
2. Uit vitaminen haal je energie.
3. Rode bloedcellen hebben ijzer nodig.
1. Een koolhydraat is een voedingsmiddel.
2. Uit vitaminen haal je energie.
3. Rode bloedcellen hebben ijzer nodig.
A
stelling 3 is juist
B
stelling 2 en 3 zijn juist
C
stelling 1 en 3 zijn juist
D
alle stellingen zijn juist
Slide 1 - Quizvraag
Hieronder staan twee uitspraken over voedingsvezels.
1 Voedingsvezels zijn voedingsstoffen.
2 Voedingsvezels zorgen ervoor dat je voedsel beter wordt verteerd.
Is uitspraak 1 juist? En uitspraak 2?
1 Voedingsvezels zijn voedingsstoffen.
2 Voedingsvezels zorgen ervoor dat je voedsel beter wordt verteerd.
Is uitspraak 1 juist? En uitspraak 2?
A
Alleen uitspraak 1 is juist.
B
Alleen uitspraak 2 is juist.
C
De uitspraken 1 en 2 zijn beide juist.
D
De uitspraken 1 en 2 zijn beide onjuist.
Slide 2 - Quizvraag
Bekijk de tekening. Welke soort spieren is samengetrokken op plaats 2? Leg je antwoord uit.
Slide 3 - Open vraag
Larisa onderzoekt de vertering van vet. Ze maakt een proefopstelling met vier verschillende reageerbuizen. In elke buis mengt ze een beetje vet met een 'lichaamssap'. In de tekening zie je haar opstelling.
In welke reageerbuis wordt het vet het snelst verteerd? Leg je antwoord uit.
In welke reageerbuis wordt het vet het snelst verteerd? Leg je antwoord uit.
Slide 4 - Open vraag
Bekijk de voedingsmiddelentabel.
In welk voedingsmiddel zit de meeste energie?
In welk voedingsmiddel zit de meeste energie?
A
bruin brood
B
halfvolle melk
C
kaas 48+
D
kipfilet
Slide 5 - Quizvraag
Enzymen in wasmiddelen verwijderen het vuil. Frank doet een onderzoekje naar de waskracht van een wasmiddel met enzymen bij een temperatuur van 40 oC. Hij kan kiezen uit twee enzymen. In het diagram zie je de weergave van de werking van deze twee verschillende enzymen. Leg uit welk van deze enzymen kan Frank het best kan gebruiken.
Slide 6 - Open vraag
Remco vergelijkt de werking van de dikke darm met het afgieten van gekookte spaghetti in een vergiet. Het water gaat door het vergiet. De spaghetti blijft achter. Leg uit dat dit een goede vergelijking is.
Slide 7 - Open vraag
Kwashiorkor is een ziekte die ontstaat door een tekort aan eiwit. De ziekte leidt tot afbraak van de lever, ernstige bloedarmoede en huidontstekingen. Drie groepen kinderen zijn:
groep 1: kinderen in Indonesië die als belangrijkste voedsel vooral rijst eten
groep 2: kinderen in Noord Groenland die als belangrijkste voedsel vooral vis eten
groep 3: kinderen in Egypte die als belangrijkste voedsel vooral graanproducten en schapenvlees eten
Welke groep of groepen kinderen lopen de meeste kans kwashiorkor te krijgen?
groep 1: kinderen in Indonesië die als belangrijkste voedsel vooral rijst eten
groep 2: kinderen in Noord Groenland die als belangrijkste voedsel vooral vis eten
groep 3: kinderen in Egypte die als belangrijkste voedsel vooral graanproducten en schapenvlees eten
Welke groep of groepen kinderen lopen de meeste kans kwashiorkor te krijgen?
A
alleen groep 1
B
alleen groep 3
C
de groepen 1 en 2
D
de groepen 2 en 3
Slide 8 - Quizvraag
Bekijk de tekst en beantwoord de vraag.
A
alleen enzymen breken eiwitten af
B
alleen hormonen breken eiwitten af
C
zowel enzymen als hormonen breken eiwitten af
Slide 9 - Quizvraag
Wienette verslikt zich in een beschuit. Ze hoest flink om de kruimels kwijt te raken. Welk onderdeel heeft zijn taak niet goed uitgevoerd?
Slide 10 - Open vraag
Iemand heeft een voedselvergiftiging opgelopen door "steak tartare" te eten. Dit is rauw gehakt rundvlees. Het staat bekend als "riskant voedsel."
Waardoor ontstaat voedselvergiftiging?
Waardoor ontstaat voedselvergiftiging?
A
Door de giftige stoffen die organismen in je eten uitscheiden.
B
Doordat er bacteriën in je eten zitten.
C
Doordat er parasieten in je eten zitten.
D
Doordat er schimmels in je eten zitten.
Slide 11 - Quizvraag
Kijk naar de afbeelding en schrijf de namen bij de nummers 4, 5, 6 en 7.
Slide 12 - Open vraag
Water, mineralen en eiwitten zijn bouwstoffen.
Van welk van deze stoffen heb je het meest nodig?
En van welke bouwstof heb je het minst nodig?
Van welk van deze stoffen heb je het meest nodig?
En van welke bouwstof heb je het minst nodig?
A
het meest nodig: eiwitten
het minst nodig: water
B
het meest nodig: water
het minst nodig: eiwitten
C
het meest nodig: water
het minst nodig: mineralen
D
het meest nodig: eiwitten
het minst nodig: mineralen
Slide 13 - Quizvraag
De vader van Wilfred rijdt 's avonds liever geen auto.
Hij ziet dan niet goed.
Aan welke voedingsstof heeft hij dan waarschijnlijk gebrek?
Noteer de hoofdletter van je antwoord.
Hij ziet dan niet goed.
Aan welke voedingsstof heeft hij dan waarschijnlijk gebrek?
Noteer de hoofdletter van je antwoord.
A
fosfor
B
ijzer
C
vitamine A
D
vitamine B
Slide 14 - Quizvraag
Hoeveel kcal bevat 200 gram bloemkool?
A
24 kcal
B
49 kcal
C
428 kcal
D
857 kcal
Slide 15 - Quizvraag
Waarom zal een dierenarts in het geval van dikkedarmdiarree de ziekte op een andere manier proberen te genezen?
Slide 16 - Open vraag
Waardoor vallen deze honden niet af, wanneer ze normaal blijven eten?
Slide 17 - Open vraag
Tandartsen geven het advies om je gebit twee keer per dag goed te poetsen om cariës te voorkomen. Een gaatje in een kies veroorzaakt pijn, doordat de zenuwen blootliggen. Door welke twee lagen worden de zenuwen bij een gezonde kies beschermd?
Slide 18 - Open vraag
Waarom kun je sporters aanbevelen pindakaas te eten?
Leg je antwoord uit.
Leg je antwoord uit.
