1.8 b Spelling

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k, t
• Leerjaar 2

Welkom

Ga rustig zitten.

Telefoon ligt in je kluisje.

Pak je werkboek en laptop

en zet je tas op de grond.

lesopbouw

• Wat weet je al?
  
• doel
  
• uitleg 
• oefenen
• zelfstandig werken
  
• afsluiting

Doel

Aan het eind van de les kan je leestekens 

goed toepassen in een zin.

Wat weet je al?

In een zin komen leestekens voor.

Welke leestekens ken je?

leestekens

?       --> vraagzin

.        --> gewone zin

!        --> als er iets geroepen wordt

,        --> opsomming

                     * voor voegwoorden

                     * tussen 2 persoonsvormen

Ik blijf thuis omdat de timmerman komt.

1. Ik blijf thuis omdat, de timmerman komt.
2. Ik blijf thuis, omdat de timmerman komt.

Ik heb geen zin maar ik ga er toch naar toe.

1. Ik heb geen zin, maar ik ga er toch naar toe.
2. Ik heb geen zin maar, ik ga er toch naar toe.

Ik lust geen spruitjes ketchup en kaas.

Als je rechtdoor loopt kom je bij de bushalte.

leestekens

Hij roept: "Ik kom iets later!"

"Dit is al de derde keer", zuchtte hij.

leestekens

Dubbele punt en aanhalingstekens:

• zin tussen aanhalingstekens = wat iemand zegt in een tekst. --> DIRECTE REDE
• dubbele punt 

      --> geef je aan wanneer de zin die iemand zegt begint.

leestekens

Dubbele punt en aanhalingstekens:

Hij  roept: "Ik kom iets later!"

Tessa  zuchtte  en  zei  dit  is  al  de  derde keer.

Dat is al de derde keer zuchtte Tarik.

leestekens

Tessa zuchtte en zei: "Dit is al de derde keer."

"Dat is al de derde keer", zuchtte Tarik.

zelfstandig werken

Talent blz. 79

hoofdstuk 1.8 spelling

opdracht 6 en 7

Afsluiting