• Informatie over het bedrijf waar je werkt.
• Hoeveel mensen werken er?
• Vertel iets over jouw taken en werktijden.
• Vertel iets over de veiligheid en hygiëne.
• Zijn er belangrijke regels voor de medewerkers in het bedrijf?
• Wie controleert de regels?
• Vertel over een situatie die je moeilijk vond.
• Vertel over een situatie die je leuk of leerzaam vond.