Les 3 Een man, 5 Veilig vrijen en 6 Zwangerschap

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Les 5: Veilig vrijen

Lesdoelen voorbehoedsmiddelen

• Je kunt opnoemen welke middelen er zijn om een ongewenste zwangerschap te voorkomen. En je weet hoe deze middelen werken.
• Je kunt een aantal soa's noemen en je kunt vertellen hoe deze te voorkomen zijn.

Waarom een SOA test?

• Je hebt onveilig gevreeën.
  
• Het condoom is gescheurd of afgegleden tijdens het vrijen.
  
• Je bent gewaarschuwd door een (ex)partner die een soa heeft.
  
• Je hebt klachten, zoals wratjes, blaasjes, pijn bij het plassen of meer of andere afscheiding,
  
• Je hebt een vaste relatie en jullie willen zonder condooms vrijen.
  
• Je bent zwanger en wilt een eventuele soa niet overdragen op je kind.

Seksueel overdraagbare aandoeningen

Veroorzaakt door bacteriën:

Chlamydia, gonorroe, syfilis 

-Te verhelpen met antibiotica

Veroorzaakt door virus:

Herpes genitalis, aids, hepatitis-B en genitale wratten 

-Lastiger te genezen

Voorbehoedsmiddelen

Tegen zwangerschap en soa's :

• De pil en de anticonceptiepleister
• Spiraaltje met hormonen of koperspiraal
• Pessarium
• Condoom
• Vrouwencondoom
• Beflapje

 21 dagen nemen, dan 7 dagen "stopweek"

Tijdens stopweek ook beschermd!

De pil

Met hormonen 5 jaar laten zitten, Koperspiraal 10 jaar.

Plaatsing door huisarts

Onbetrouwbare methoden

• Coïtus interruptus, "voor het zingen de kerk uit gaan".
• Er zitten ook zaadcellen in het voorvocht. 
  
  
• Periodieke onthouding
• 5 dagen rond de ovulatie geen geslachtsgemeenschap. 
• Eisprong weet je niet precies, daarom onbetrouwbaar.

Morning-afterpil: Stelt de eisprong uit.

Abortus

• Afbreken van de zwangerschap. Onbedoeld of medische reden.
• < 16 dagen overtijd. Abortus mag zonder bedenktijd
• > 16 dagen overtijd. 5 dagen bedenktijd na afspraak
• Mag tot max 24 weken van de zwangerschap
  

22 weken

Prenataal onderzoek

Niet verplicht:

Echo: (Met geluidsgolven) zien hoe de foetus groeit en wanneer baby geboren zal worden.

Combinatietest: Bloedonderzoek  mama en nekplooimeting foetus. Bv. Down syndroom uitsluiten.

NIPT: Niet-invasieve prenatale test. Bloed moeder prikken om DNA placenta te bekijken. Kans erfelijke ziekten bepalen.

Vruchtwaterpunctie: -->