Thema 4 bassistof 6

Thema 4 basisstof 6
Je uithoudingsvermogen
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens en gezondheidMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Thema 4 basisstof 6
Je uithoudingsvermogen

Slide 1 - Tekstslide

Wat betekent uithoudingsvermogen?

Slide 2 - Woordweb

Doel van deze les:
- je weet wat uithoudingsvermogen betekent
- je weet wat er nodig is om te kunnen bewegen
- je weet wat er nodig is voor verbranding
- je weet waar je brandstof uit haalt.

Slide 3 - Tekstslide

Opdracht: Lichamelijke inspanning
Maak opdracht 36 op blz. 240 in je leerwerkboek (mag in tweetallen op afstand). 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Link

verbranding mens
- Spieren zorgen ervoor dat we kunnen bewegen, maar daar hebben ze energie voor nodig

- Energie komt vrij bij verbranding in je lichaam.

- Voor verbranding is nodig: 
brandstof  (eten en drinken) 
zuurstof (ademhalen)

- verbranding vindt plaats in je spieren en andere cellen van je lichaam. Naast energie ontstaan ook afvalstoffen.

BRANDSTOF+ZUURSTOF>AFVALSTOFFEN+ENERGIE

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Als je sport gaat je hart langzamer kloppen
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quizvraag

de afvalstoffen van verbranding adem je uit
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quizvraag

In de spieren vindt verbranding plaats, hierdoor krijgen je spieren meer energie.
A
Ja
B
Nee

Slide 10 - Quizvraag

Leg dit plaatje in je eigen woorden uit.
Boek blz. 241

Slide 11 - Open vraag

Schrijf 3 dingen op die je hebt geleerd.

Slide 12 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets wat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag

Huiswerkopdracht 
- Maak basisstof 6 af in de digitale leeromgeving.




Slide 14 - Tekstslide

Opdracht  40 - stap 1
Stap 1: Wat moet je doen?
De opdracht is: bedenk een bewegingsspel dat BINNEN DE 1,5 METER SAMENLEVING buiten gespeeld kan worden.
De opdracht moet aan de volgende eisen voldoen:
- Je moet er flink bij bewegen.
- Het spel is geschikt voor mensen vanaf 13 jaar (dus niet kinderachtig!).
- Het materiaal dat je ervoor nodig hebt, is gratis of goedkoop.
- Je kunt het veilig op het plein van je school spelen.
- Je ruimt al het materiaal na afloop netjes op.

Slide 15 - Tekstslide

stap 2
Stap 2: Wat heb je nodig?
- een computer met internet of boeken over sporten
- materiaal om het spel mee te spelen: uit de gymzaal als dat mag, of anders zelf verzamelen
- een klasgenoot om mee samen te werken

Slide 16 - Tekstslide

stap 3
Stap 3: Hoe ga je het doen?
Je maakt een werkplan waarin je deze dingen schrijft (staat op blz. 244)
- Wat je moet doen, per taak. Bijvoorbeeld: spel proberen.
- Waar je dit gaat doen. Bijvoorbeeld: op het schoolplein.
- Wat je bij elke taak nodig hebt.
- Wie deze taak gaat uitvoeren.

Slide 17 - Tekstslide

stap 4
Voer de opdracht uit zoals het in stap 3 staat. Je let daarbij op de eisen uit stap 1.
Probeer het spel met een paar klasgenoten uit.

Slide 18 - Tekstslide