Mens en zorg 2.1A

Mens en Zorg
Boekje
2.1.1
&
2.1.2 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Mens en Zorg
Boekje
2.1.1
&
2.1.2 

Slide 1 - Tekstslide

Wat betekend somatisch?
A
beweeglijk
B
lichamelijk
C
psychisch
D
sociaal

Slide 2 - Quizvraag

Waar staat de letter H voor in HDL?
A
held
B
helemaal
C
hulp
D
hier

Slide 3 - Quizvraag

Waar staat de letter D voor in ADL
A
dit
B
daar
C
dingen
D
dagelijks

Slide 4 - Quizvraag

Wat is van onderstaande onderwerpen een sociaal probleem
A
de client heeft diabetes
B
de client heeft kanker
C
de client voelt zich eenzaam
D
de client heeft moeite met contact met de zorgverleners

Slide 5 - Quizvraag

Een ziekte die blijvend is noemen we?
A
een acute ziekte
B
een chronische ziekte
C
een aandoening
D
een operatie

Slide 6 - Quizvraag

Waar valt een griepprik onder?
A
stimuleren van zelfzorg
B
signaleren
C
preventie
D
aanleren van zelfzorg

Slide 7 - Quizvraag

Wat is een ander woord voor protocol?
A
richtlijn
B
dossier
C
patiënt
D
archief

Slide 8 - Quizvraag

Bij welk hulpmiddel word er gebruik gemaakt van technologie?
A
glijzeil
B
papegaai
C
beenheffer
D
bewegingsmelder

Slide 9 - Quizvraag

Waar staat de P voor in het SAMPC-model?
A
persoonlijk
B
praktijk
C
Psychisch
D
protocol

Slide 10 - Quizvraag

Wat betekend LSD?
A
leren, samenvatten en doorvragen
B
leren, studeren en doorvragen
C
luisteren, sociale vaardigheden en doen
D
luisteren, samenvatten en doorvragen

Slide 11 - Quizvraag

Waar staat de H voor in HDL?
A
huishoudelijke
B
helemaal
C
hier
D
hulp

Slide 12 - Quizvraag

Hoe noem je wat je op de afbeelding ziet?
A
Traingel
B
Draaischijf
C
Optrekker
D
Papegaai

Slide 13 - Quizvraag

Wat betekend afasie?
A
taalstoornis
B
rekenstoornis
C
niks meer kunnen herinneren
D
een hart aandoening

Slide 14 - Quizvraag

Is er in de volgende situaties sprake van mantelzorg of van vrijwilligerswerk?


Sleep de zin naar de juiste situatie. 
Mantelzorg
vrijwilligerswerk
1. Meneer Jacobs gaat iedere week een uurtje wandelen met een bewoner van het zorgcentrum bij hem in de buurt.  
2. Mevrouw Badul zorgt voor haar man die longkanker heeft. 

Slide 15 - Sleepvraag

Succes met de toets! 

Slide 16 - Tekstslide