BS 5 Variatie in Genotype MAX

3.5 VARIATIE 
  IN              
GENOTYPEN
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

3.5 VARIATIE 
  IN              
GENOTYPEN

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt omschrijven wat variatie is
Je kunt beschrijven hoe door geslachtelijke voortplanting in genotypen ontstaat.
Je kunt het verschil tussen geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting uitleggen
Je kunt omschrijven wat een mutatie is
Je kunt omschrijven hoe kanker ontstaat.


Slide 2 - Tekstslide

Geslachtelijke voortplanting
Twee geslachtscellen versmelten

Die hebben verschillende genotypen DUS hebben nakomelingen steeds nieuwe genotypen 

Slide 3 - Tekstslide

Ongeslachtelijke voortplanting
Als een deel van een plant uitgroeit tot een nieuwe plant.

Het genotype  blijft dus precies hetzelfde.
Voorbeelden:
           - Stekken
           - Knollen/bollen

Slide 4 - Tekstslide

Mutaties
Een mutatie is een verandering in het genotype.
Mutatie in lichaamscel? Genotype andere cellen verandert niet. 

Mutatie in geslachtscel? Na bevruchting zit de mutatie in alle cellen. 

Slide 5 - Tekstslide

Mutaties

Mutant: mutatie komt tot uiting

Voorbeeld: Albinisme 
Er zijn heel veel mutaties mogelijk.


Slide 6 - Tekstslide

Ontstaan van mutaties
Spontaan, bijvorobeeld tijdens celdeling

Mutagene invloeden (invloed van buiten)


  • UV- straling (Zon)
  • Sigarettenrook
  • Asbeststof
  • Röntgen- en radioactieve straling

Slide 7 - Tekstslide

Tumor (gezwel)
Tumor: door mutatie gaan cellen snel delen, zonder stoppen. 

Goedaardige tumor:
Deze groeit langzaam en tast omliggend weefsel niet aan.

Kwaadaardige tumor:
Deze groeit snel en tast omliggend weefsel aan

Slide 8 - Tekstslide

Kanker

Als de cellen van een kwaadaardige tumor in het bloed komen kunnen ze zich door het lichaam verspreiden en meer tumoren vormen.

Dit noemen we uitzaaiingen' (metastase).

Slide 9 - Tekstslide

Door röntgenstraling ontstaat er variatie in het genotype
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Geslachtelijke voortplanting zorgt voor meer variatie dan ongeslachtelijke voortplanting
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Wat is waar over goedaardige gezwellen?
A
Ze groeien langzaam
B
Dringen niet andere weefsels binnen.
C
Ze zaaien niet uit
D
Groeien snel

Slide 12 - Quizvraag