H1: herhalingsles

H1: ontwikkeling herhalings quiz

  • Een quiz spelen over heel hoofdstuk 1;
  • Kijken wat jullie moeilijk vinden/niet snappen.
timer
2:00
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H1: ontwikkeling herhalings quiz

  • Een quiz spelen over heel hoofdstuk 1;
  • Kijken wat jullie moeilijk vinden/niet snappen.
timer
2:00

Slide 1 - Tekstslide

§2: Wat is arm en rijk?

Slide 2 - Tekstslide

Wat is welzijn?
De rijkdom van een land gemeten op basis van...
A
geld.
B
goederen.
C
levensomstandigheden.
D
diensten.

Slide 3 - Quizvraag

Welvaart wordt gemeten op basis van geld, oftewel met het bnp/hoofd (bruto nationaal product). Wat is dat?
A
Het geld dat een land per jaar verdient : het aantal goederen.
B
Het aantal goederen dat een land produceert : het aantal inwoners.
C
Het inwoners van een land : het geld dat een land verdient.
D
Het geld dat een land per jaar verdient : het aantal inwoners.

Slide 4 - Quizvraag

§3: Ongelijkheid in arme en rijke landen

Slide 5 - Tekstslide

Primaire sector
Secundaire sector
Tertiare sector

Slide 6 - Sleepvraag

Op deze afbeelding zien we:
A
Formele sector
B
Regionale ongelijkheid
C
Sociale ongelijkheid
D
Informele sector

Slide 7 - Quizvraag

Op deze afbeelding zien we:
A
Informele sector
B
Sociale ongelijkheid
C
Formele sector
D
Regionale ongelijkheid

Slide 8 - Quizvraag

§6: Nederland is rijk

Slide 9 - Tekstslide

Nederland is economisch een groot land want....
(Kies het FOUTE antwoord.)
A
het heeft een van de grootste zeehavens ter wereld.
B
het heeft veel hoofdkantoren van multinationals.
C
het staat hoog in de lijsten van bnp/hoofd en welzijn.
D
het grootste deel van de bevolking werk in de primaire sector.

Slide 10 - Quizvraag

Nederland doet voor meer geld uitvoeren dan invoeren. NL houdt dus geld over aan zijn buitenlandse handel. Dit noemen we...
A
Een gelijkwaardige handelsbalans
B
Een positieve handelsbalans
C
Een negatieve handelsbalans
D
Een evenwichtige handelsbalans

Slide 11 - Quizvraag

§7: Nederland: toegangspoort van Europa

Slide 12 - Tekstslide

Nederland heeft een gunstige ligging want...
Waar
Niet waar
het ligt aan de monding van de Maas en de IJssel.
het ligt in het midden van het Europese continent.

het ligt aan de Noordzee, de drukst bevaren zee ter wereld.

het is over land en door de lucht goed verbonden met de wereld.

het achterland is welvarend en dichtbevolkt

Slide 13 - Sleepvraag

Welke past niet in het rijtje van vestigingsplaats
factoren?
A
Nederland is betrouwbaar en stabiel.
B
Nederland is een kennisland.
C
Nederland is op het buitenland gericht.
D
In Nederland betalen buitenlandse bedrijven minder belasting.

Slide 14 - Quizvraag

Blader door H1:
wat vind je moeilijk /
snap je niet?

Slide 15 - Woordweb