Burgerschap periode 3 bijeenkomst 4

Burgerschap
Periode 3 
bijeenkomst 4
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
MBO

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Burgerschap
Periode 3 
bijeenkomst 4

Slide 1 - Tekstslide

Programma:
  • Terugblik thema 3: Bestuur van Nederland
  • Thema 4: Rechtsstaat en Rechtspraak
  • Hoofdstuk 1: Rechtsstaat

Slide 2 - Tekstslide

Wie wordt rechtstreeks door het volk gekozen?
A
Tweede kamer- en Eerste Kamerleden
B
Raadsleden en leden Tweede Kamer
C
Burgemeester & commissaris v/d koning
D
Eerste Kamerleden en raadsleden

Slide 3 - Quizvraag

Wie zitten er in het Parlement?

Slide 4 - Open vraag

Wat is de volgorde voor het maken van een wet?
A
Wetsvoorstel - Tweede Kamer - Eerste Kamer - handtekening koning
B
Wetsvoorstel - Eerste Kamer - Tweede Kamer - handtekening premier
C
Wetsvoorstel - Tweede Kamer - Eerste Kamer - handtekening Premier
D
Wetsvoorstel - Eerste Kamer - Tweede Kamer - handtekening koning

Slide 5 - Quizvraag

Wat zijn de taken van de koning?

Slide 6 - Open vraag

De Nederlandse rechtsstaat
Democratische rechtsstaat:
Het volk heeft de macht - democratie
Macht van overheid wordt beperkt door regels en wetten:
  1. Overheid moet zich, net als de burgers, aan de wetten houden
  2. Er bestaat een scheiding van machten
  3. Burgers hebben grondrechten

Slide 7 - Tekstslide

De overheid en de wet
  • Overheid moet zich ook aan regels en wetten houden
  • Als de overheid ingrijpt in het leven van burgers, moet dit op   grond van wetten en regels van het land gebeuren.
  • Bescherming tegen machtsmisbruik van de overheid

Slide 8 - Tekstslide

Scheiding van machten
Trias politica:
  • De wetgevende macht
  • De uitvoerende macht
  • De rechterlijke macht

Slide 9 - Tekstslide

Wetgevende macht

Slide 10 - Woordweb

De wetgevende macht
Beslist welke wetten en regels worden ingevoerd
In Nederland bestaat deze macht uit het parlement en de regering: Eerste Kamer, Tweede Kamer en de regering

Slide 11 - Tekstslide

Uitvoerende macht
Voert wetten en regels uit
Regering, ministeries en uitvoeringsorganisaties

Slide 12 - Tekstslide

Noem een voorbeeld van een uitvoeringsinstantie

Slide 13 - Woordweb

In de voorgaande 2 dia's is het woord regering rood gekleurd,
waarom zou dat zijn?

Slide 14 - Open vraag

Rechterlijke macht
Controleert op de naleving van regels en wetten
Rechters en het Openbaar Ministerie

Slide 15 - Tekstslide

De regering
Wetgevende macht
Uitvoerende macht

De regering is voor 2 van de 3 machten verantwoordelijk.
In Nederland spreken we daarom ook van een spreiding van machten en niet een scheiding van machten

Slide 16 - Tekstslide

Grondrechten
In een rechtsstaat heeft iedere burger grondrechten
Belangrijkste rechten die je als burger hebt

Er zijn 2 verschillende grondrechten:
Klassieke grondrechten
Sociale grondrechten

Slide 17 - Tekstslide

Klassieke grondrechten
  • Gelijkheidsbeginsel
  • Vrijheid van meningsuiting
  • Vrijheid van vereniging
  • Vrijheid van godsdienst
  • Vrijheid van vergadering en betoging
  • Recht op privacy
  • Persvrijheid 

Slide 18 - Tekstslide

Grondrechten hebben...
Betekent niet dat je alles mag doen wat je wilt:
Je mag demonstreren, maar geen rellen veroorzaken

Je mag ergens je mening over geven, maar je mag anderen niet oproepen tot geweld

Slide 19 - Tekstslide

Sociale grondrechten
  • Recht op werkgelegenheid
  • Recht op huisvesting
  • Recht op onderwijs
  • Recht op bestaanszekerheid
  • Recht op een leefbaar en schoon milieu 

Slide 20 - Tekstslide

Inperking van grondrechten
Uitzonderlijke gevallen:
  • Criminaliteit bestrijden
  • Veiligheid garanderen

Goedkeuring van de rechter nodig!

Slide 21 - Tekstslide