slagaders voeren bloed van het hart af, aders naar hart toe
C
slagaders hebben kleppen, aders dikke wanden
D
slagaders voel je altijd kloppen, aders nooit
Slide 7 - Quizvraag
Waar is bloeddruk het hoogst?
A
Bij 1
B
Bij 2
C
Allebei even hoog
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Video
welk deel van het hart heeft de dikste, gespierde wand?
A
rechterboezem
B
linkerboezem
C
rechterkamer
D
linkerkamer
Slide 14 - Quizvraag
welk bloedvat vervoert bloed van het hart naar de longen?
A
holle ader
B
longader
C
longslagader
D
aorta
Slide 15 - Quizvraag
welk bloedvat vervoert bloed van het hart naar alle delen van je lichaam?
A
holle ader
B
longader
C
longslagader
D
aorta
Slide 16 - Quizvraag
werken aan weektaak
ongeveer tot opdracht 15 af
nakijken
slimstampen
Slide 17 - Tekstslide
Hartfalen wordt behandeld met medicijnen. De hoeveelheid medicijnen hangt af van de bloeddruk van de patiënt. Om voortdurend de bloeddruk te meten kan een apparaatje aangebracht worden in het bloedvat dat bloed vanuit het hart naar de longen vervoert.
Hoe heet het bloedvat dat bloed vanuit het hart naar de longen vervoert? En behoort dit bloedvat tot de kleine of tot de grote bloedsomloop?
A
Dit bloedvat heet longader en behoort tot de grote bloedsomloop.
B
Dit bloedvat heet longader en behoort tot de kleine bloedsomloop.
C
Dit bloedvat heet longslagader en behoort tot de grote bloedsomloop.
D
Dit bloedvat heet longslagader en behoort tot de kleine bloedsomloop.
Slide 18 - Quizvraag
Vergelijk de aorta met de longslagader.
De bloeddruk in de aorta is .......... de bloeddruk in de longslagader
A
gelijk aan
B
hoger dan
C
lager dan
Slide 19 - Quizvraag
Wat is de bloeddruk?
A
De druk die het bloed uitoefent op het hart
B
De druk die het bloed uitoefent op de bloedvaten
Slide 20 - Quizvraag
Bij een medisch onderzoek wordt de bloeddruk gemeten. De arts doet een manchet om de bovenarm en pompt de manchet op. De manchet drukt de armslagader dicht. Vervolgens laat de arts de lucht uit de manchet weglopen tot er weer bloed door de slagader stroomt.
Op welke plaats in de afbeelding zal de bloeddruk dan het eerst stijgen?
A
Plaats 1
B
Plaats 2
C
Plaats 3
D
Plaats 4
Slide 21 - Quizvraag
Wat is een gemiddelde bloeddruk?
A
120/80
B
80/120
C
130/90
D
90/130
Slide 22 - Quizvraag
Welke onderwerpen van paragraaf 8.1, 7.4, 8.1, 8.2, 8.3 en 8.4 vonden jullie nog lastig?