Week 46 - Samenstellingen

ZRGVEPL419AK
Kappers - niveau 3
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

ZRGVEPL419AK
Kappers - niveau 3

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SAMENSTELLINGEN
 Bekijk het
volgende filmpje...

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

WAT IS EEN SAMENSTELLING?
  • Een woord dat uit meerdere woorden bestaat, noem je een samenstelling.

  • Wie weet er een voorbeeld?
  • hogesnelheidslijn 
  • vaatwasmachine

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WAAROM EEN KOPPELTEKEN?
  • De meeste woorden kun je aaneenschrijven. Maar als dit voor lees- of uitspraakproblemen zorgt, plaats je een koppelteken.

  • Je gebruikt het bij een combinatie van 2 klinkers. 
  • Voorbeeld? 
  • diploma-uitreiking (au) / radio-omroep (oo)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

KOPPELTEKEN
  • Koppelteken gebruik je ook bij een samenstelling met een afkorting, aparte letter of symbool
  • Voorbeeld?
  • mbo-niveau
  • V-hals
  • $-teken

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TUSSENLETTERS
  • Om de regels voor de tussenletters in samenstellingen goed toe te passen, moet je de meervoudsvormen van woorden kennen.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TUSSENLETTERS -en-
  • Een samenstelling krijgt een tussenletter -(e)n-
    als het eerste deel van de samenstelling een zelfstandig naamwoord is dat in het meervoud eindigt op -(e)n-  en niet op -s
  • Voorbeeld?
  • boekenkast (boek -> boeken)
    tomatensoep (tomaat -> tomaten)

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TUSSENLETTER -e-
  • Wanneer het eerste gedeelte van de samenstelling zowel -(e)n- als -s in het meervoud heeft, krijg je een -e- als tussenletter
  • Voorbeeld:
    ziektebeeld (ziekte -> ziektes, ziekten)
    groentesoep (groente -> groentes, groenten)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TUSSENLETTER -er-
  • Bij woorden met een meervoud -eren, schrijf je in de samenstelling -er-

  • Voorbeeld: 
    kindervoorstelling (kinderen
    eiersalade (eieren)

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TUSSENLETTER -e-
  • Als het eerste gedeelte verwijst naar een persoon of zaak die uniek is.
  • Voorbeeld:
    zonneschijn (er is maar 1 zon)
    Koninginnedag (maar 1 koningin)
  • Nauwelijks herkenbare woorden.
    Voorbeeld: beregoed, elleboog, ledemaat

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TUSSENLETTER -s-
  • Samenstelling die bestaat uit 2 zelfstandige naamwoorden, als je de -s- hoort, schrijf je hem ook.
  • Voorbeeld: 
  • meningsverschil, tasjesdief, jongensdroom

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak een samenstelling van de woorden:
buur + ruzie

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak een samenstelling van:
maan + schijn

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak een samenstelling van:
kip + soep

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak een samenstelling van de woorden:
groente + soep

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe schrijf je: stereoinstallatie
A
stereo-installatie
B
stereoinstalatie
C
stereoïnstalatie
D
stereo-instalatie

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe maak je de samenstelling:
beer + gezellig
A
berengezellig
B
beregezellig
C
beergezellig
D
beregezellie

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe schrijf je: familie + accommodatie
A
familie-accommodatie
B
familieaccommodatie
C
familieacommodatie
D
familie-accomodatie

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdletters

Slide 20 - Tekstslide

Oefen verder in SCORE.
WEL hoofdletters

- aan het begin van een zin

- bij namen: Kimberley, Feiya

- bij aardrijkskundige namen: Etten-Leur, Rucphen, Nederland

- bij woorden die afgeleid zijn van namen: Engels, Bredase

- bij straatnamen: Trivium, Stationsstraat, Parklaan

- bij merknamen van producten: Lays, Mercedes, Wicky

- bij namen van bedrijven: Praxis, Xenos, Lidl


Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

GEEN hoofdletters

- namen van dagen: vrijdag, maandag, woensdag

- namen van maanden: januari, mei, juli

- namen van seizoenen: lente, zomer, herfst, winter

- namen van windstreken: noorden, zuiden, oosten

- historische periodes: middeleeuwen, renaissance

- afleidingen van feestdagen: oudjaarsavond, paasei

- geloven: christendom, imam, paus, jodendom

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

beste mevrouw de vries
In de bovenstaande zin moet...
A
1 hoofdletter
B
2 hoofdletters
C
3 hoofdletters
D
geen hoofdletters

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

november
A
hoofdletter
B
kleine letter

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

vaderdag
A
hoofdletter
B
kleine letter

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Goed of fout?
Noord-holland
A
goed
B
fout

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Mijn ............... doet heel raar, ik ga toch eens de ................ bellen.
A
iphone / Vodafone
B
iphone / vodafone
C
iPhone / Vodafone
D
Iphone/Vodafone

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

..... na het eten ga ik sporten.
A
'S Avonds
B
'S avonds
C
's Avonds
D
's avonds

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Werkboek: 
opdracht 2, 7, 9 (vanaf blz. 304)
Online:
Deelvaardigheid spelling -> Aaneenschrjiven

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies