Bij sommige werkwoorden heb je meerdere zinsdelen nodig. Dat kan je al zien aan het werkwoord.
Voorbeeld: geven.
Zinsconstructie bij geven: iemand / geeft / iets / aan iemand.
In een zin: Hij / geeft / soep / aan zijn zieke oma.
Kortom: onderwerp / pv/wg / lijdend voorwerp.