H6.1-2-3 Je groene omgeving

1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Wat hoort niet thuis in dit biotoop?
A
Een meeuw
B
Een zeehond
C
Vissen
D
Een paard

Slide 13 - Quizvraag

Een biotoop is
A
Een groep organismen die tot dezelfde soort behoren
B
Een rij organismen die van elkaar leven
C
Gebied met de beste leefomstandigheden
D
Een aantal voedselketens die met elkaar verbonden zijn

Slide 14 - Quizvraag

Welke
biotoop is dit?
A
Bos
B
Berm
C
Sloot
D
Heide

Slide 15 - Quizvraag

Wat is een abiotische factor?
A
Soortgenoten
B
Voedsel
C
Schaduw
D
Ziektes

Slide 16 - Quizvraag

biotisch of abiotisch?
Ziekteverwekkers
A
Biotisch
B
abiotisch

Slide 17 - Quizvraag



Abiotische factoren zijn:
A
Zuurstof in een slootje
B
Hoeveelheid beschikbaar voedsel
C
Aanwezigheid van een partner
D
Zonnestraaltjes

Slide 18 - Quizvraag

Alle organismen die in een biotoop wonen
A
Concurrenten
B
Habitat
C
Abiotische factoren
D
Levensgemeenschap

Slide 19 - Quizvraag

Wat is een biotische factor?
A
Alle levenloze natuur (de zon, water, etc.)
B
Alle levende natuur (de zon, water, etc.)
C
Alle levenloze natuur (voedsel, soortgenoten)
D
Alle levende natuur (voedsel, soortgenoten)

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Bij welk rijk kunnen de organismen bladgroenkorrels in de cellen hebben?

Bij het rijk van de

A
Bacteriën
B
Dieren
C
Schimmels
D
Planten

Slide 27 - Quizvraag

1. Dit rijk heeft geen celwand
2. Dit rijk heeft geen kern
A
1. Schimmels 2. dieren
B
1. Dieren 2. bacteriën
C
1. Dieren 2. Schimmels
D
1. Schimmels 2. Bacteriën

Slide 28 - Quizvraag

Wat is geen reden voor concurrentie tussen individuen van verschillende soorten?
A
Ruimte
B
Licht
C
Partner
D
Voedsel

Slide 29 - Quizvraag

Wat is geen rijk ?
A
Planten
B
Bacterien
C
Zoogdieren
D
Schimmels

Slide 30 - Quizvraag

Ordening is
A
een hobby van Linneaus
B
het classificeren van organismen op grond van hun kenmerken
C
planten structureren op basis van hun kenmerken
D
indelen in rijken, groepen, ordes en subordes

Slide 31 - Quizvraag

6.2 Concurrentie is een ___________ factor
A
Biotisch
B
Abiotisch

Slide 32 - Quizvraag

Wat is ordening?
A
Netjes maken van je kamer
B
Alles wat met biologie te maken heeft
C
Opruimen van je was
D
Biologie in verschillende onderdelen netjes opruimen

Slide 33 - Quizvraag

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Wat is de juiste voedselketen?
A
Mens --> Koe --> Gras
B
Mens - Koe - Gras
C
Gras - Koe - Mens
D
Gras --> Koe --> Mens

Slide 38 - Quizvraag

Vleeseters heten ook wel
A
carnivoren
B
herbivoren
C
omnivoren

Slide 39 - Quizvraag

Je ziet hier een voedselketen.
Is deze voedselketen juist weergegeven?
A
Ja
B
Nee

Slide 40 - Quizvraag

Welke zijn de vleeseters?
A
blad
B
rups
C
koolmees
D
sperwer

Slide 41 - Quizvraag

Voedselweb of voedselketen?
A
Voedselweb
B
Voedselketen

Slide 42 - Quizvraag

Voedselweb of voedselketen?
A
Voedselweb
B
Voedselketen

Slide 43 - Quizvraag

Hoeveel vleeseters zijn er in dit voedselweb?
A
6
B
8
C
7
D
4

Slide 44 - Quizvraag

Een voedselketen begint ALTIJD met een :
A
dier
B
schimmel
C
bacterie
D
plant

Slide 45 - Quizvraag

Planteneter, alleseter of vleeseter?
A
Planteneter
B
Alleseter
C
Vleeseter

Slide 46 - Quizvraag

In de voedselketen is aangegeven wie door wie opgegeten wordt. Wie staat er aan het eind van de voedselketen?
A
algen
B
kikker
C
vis
D
reiger

Slide 47 - Quizvraag

tot leseinde
Maak in je B boek Samenvatten 6.1 t/m 6.3
Klaar? dan mag je iets anders doen voor jezelf

Slide 48 - Tekstslide