Oefenen les 39 WW M3

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Les 39 oefenen 

Zet het werkwoord tussen haakjes in de tijd die erachter staat:
De verdachte ....... (ontkennen, -tt) de beschuldiging.

Welk antwoord past het beste aan het einde van deze zin:
De politie heeft bedacht waar de dader ....

1. zich bevind
2. zich bevindt
3. zich bevindde
4. is bevind

Wat is het correcte voltooid deelwoord dat hier ingevuld moet worden :
Ik heb me... over dit plan.

1. verwondert
2. geverwondert
3. verwonderd
4. geverwonderd

Zet het werkwoord tussen haakjes in de tijd die erachter staat:
De afloop ...... (verbazen, -vt) haar.

Wat is het voltooid deelwoord dat hier ingevuld moet worden :
De politie heeft ... waar de dader zit.

1. beredeneerd
2. beredeneert
3. beredeneerde
4. geberedeneerd

Vul in:
........(worden, -tt) hij ......(vervolgen -volt dlw) voor dat misdrijf?

Vul in, bepaal zelf de meest logische tijd:
De rechter .... morgen de straf ..... (vaststellen)

1. stelde vast
2. doet vaststellen
3. stelt vast
4. heeft vastgesteld

Vul in, bepaal zelf de meest logische tijd:
Wat kan dat hebben ...? (betekenen)

1. betekend
2. betekent
3. betekende
4. betekenend

Vul in, bepaal zelf de meest logische tijd:
Ik hoop dat je goed .. bent (verzekeren)

1. geverzekert
2. geverzekerd
3. verzekert
4. verzekerd

Maak een zin met het woord 'verdampen' in de verleden tijd

Maak een zin met het woord 'beloven' in de verleden tijd

Einde 

Lees alvast hst 27 

Tot morgen