Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
taalverzorging bij Schrijven
taalverzorging bij het examen Schrijven
* grammatica
* spelling
* werkwoordspelling
* stijl
*woordkeus / zinsbouw
Mechteld Pots 2020
1 / 29
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
MBO
Studiejaar 4
In deze les zitten
29 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
taalverzorging bij het examen Schrijven
* grammatica
* spelling
* werkwoordspelling
* stijl
*woordkeus / zinsbouw
Mechteld Pots 2020
Slide 1 - Tekstslide
grammatica
Enkele voorbeelden:
"Op 2 november jl. kocht ik een
zilveren
Swatch XD4-S horloge
in uw winkel. Het horloge zou waterdicht zijn, echter..."
- stoffelijk bijvoeglijk naamwoord op -n
"Wij willen
hen
niet teleurstellen en daarom zouden we graag op voorhand weten of we in uw hotel terecht kunnen."
- lijdend voorwerp
Slide 2 - Tekstslide
Wat is het gezegde in deze zin?
Daarom heeft Nina aan haar baas een nieuwe laptop gevraagd.
A
heeft
B
aan haar baas
C
heeft aan haar baas gevraagd
D
heeft gevraagd
Slide 3 - Quizvraag
Wat is de persoonsvorm in deze zin?
De verpleegkundigen zoeken naar een verklaring voor de dood van dhr. Vink.
A
De verpleegkundigen
B
dhr. Vink
C
zoeken
D
een verklaring
Slide 4 - Quizvraag
Vul in:
Dit is .......... patiënt, niet die van .......... .
A
jouwn, mij
B
jouw, mijn
C
jouw, mij
D
jou, mijn
Slide 5 - Quizvraag
En nu?
Deze patiënt is van .........., niet van .......... .
A
mij, jouw
B
mijn, jouw
C
mijn, jou
D
mij, jou
Slide 6 - Quizvraag
spelling
aaneenschrijven, trema's, accenten, koppeltekens, hoofdletters, meervoudsvormen
Slide 7 - Tekstslide
Daarom is het van belang dat er een nieuwe .......... komt op de SEH.
A
koffie-automaat
B
koffieautomaat
C
koffie automaat
D
koffiëautomaat
Slide 8 - Quizvraag
hoofdletter(s)
geen hoofdletter
kerstmis
mevrouw
zuid-limburg
iphone
pvda
pepsi
engelse drop
u
christelijk
vista
Slide 9 - Sleepvraag
Geen hoofdletters
samenstellingen met kerkelijke feesten: kerstboom, paashaas
windstreken: noord, oost
seizoenen, maanden, dagen: zomer, maart, vrijdag
formele aanduiding: u, uw
periodes: de middeleeuwen
geloven: katholiek, islam
( afgekorte) titels, ambten, functies: prof., minister
schoolsoorten: roc, mbo ( ROC van Twente)
Slide 10 - Tekstslide
Welk woord is niet juist gespeld?
A
gëirriteerd
B
poriën
C
categorieën
D
vacuüm
Slide 11 - Quizvraag
Welk rijtje is juist?
A
café, crème, coupè
B
saté, soufflé, crêpe
C
canapé, santè, bouclè
D
maítresse, côte d'or, bal masqué
Slide 12 - Quizvraag
Welk woord is niet juist geschreven?
A
radio-omroep
B
tbc-patiënt
C
diploma-uitreiking
D
exmilitair
Slide 13 - Quizvraag
werkwoordspelling
persoonsvorm, tegenwoordige tijd, verleden tijd, voltooid deelwoord, infinitief (= hele werkwoord), sterk / zwak
Slide 14 - Tekstslide
Wat is de juiste vervoeging?
De burgemeester heeft mijn e-mail nog niet .......... .
A
beantwoordt
B
beantwoord
C
beantwoort
Slide 15 - Quizvraag
Wat is de juiste vervoeging?
Hans .......... dat incident gisteren bij zijn leidinggevende.
A
melde
B
meldde
Slide 16 - Quizvraag
Wat is de juiste vervoeging?
Meneer De Jong .......... morgen naar afdeling Oncologie.
A
verhuist
B
verhuisdt
C
verhuisd
Slide 17 - Quizvraag
Wat is de juiste vervoeging?
Suzan .......... haar zorgvrager.
A
douchet
B
douchd
C
douched
D
doucht
Slide 18 - Quizvraag
Stijl
als/dan, zij/hun/hen en andere stijlfouten
Slide 19 - Tekstslide
Wat is juist?
Sara is beter in medisch rekenen ..... Daan.
A
als
B
dan
Slide 20 - Quizvraag
Wat is juist?
Morgen worden er bijna net zoveel operaties uitgevoerd .... vandaag.
A
als
B
dan
Slide 21 - Quizvraag
Welke zijn juist?
Ik zal uw nummer ..... .
A
opschrijven
B
opnoteren
C
noteren
Slide 22 - Quizvraag
Vul het juiste woord in.
Jeanny geeft ..... de juiste oplossing.
A
hen
B
hun
C
zij
Slide 23 - Quizvraag
Vul het juiste woord in.
..... kennen deze collega niet.
A
Hun
B
Hen
C
Zij
Slide 24 - Quizvraag
Een goede zin of niet?
Dit proefmonster krijg je helemaal gratis en voor niets.
A
goed
B
niet goed
Slide 25 - Quizvraag
woordkeuze / zinsbouw
Slide 26 - Tekstslide
Wat is juist?
A
naar aanleiding van
B
na aanleiding van
Slide 27 - Quizvraag
Bijvoorbeeld
Fout: alle leraren vulden de lijsten niet goed in
Fout: de auto reed tegen een boom waarin drie dames zaten.
Wat is goed?
Slide 28 - Tekstslide
En nu.... AAN DE SLAG:
In teams staat een opdracht klachtenbrief en twee instaptoetsen.
1. Spelling
2. Stijl
Inleveren voor de volgende les!
Slide 29 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
taalverzorging bij Schrijven
Januari 2021
- Les met
29 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 4
Les Nederlands S9VP1 Thema Schrijven
November 2023
- Les met
45 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 4
taalverzorging bij Schrijven 2
Januari 2022
- Les met
17 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 4
Les 1 periode 2 Schrijven (Korte teksten 3F)
Februari 2024
- Les met
28 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Oefenen schrijfexamen
Oktober 2024
- Les met
25 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Les 1 periode 2 Schrijven korte teksten, schrijfplan, artikel
Februari 2024
- Les met
33 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Inversie
Oktober 2023
- Les met
29 slides
Nederlands
Hoger onderwijs
Frans planète 9
Juni 2024
- Les met
23 slides
Frans
Lager onderwijs