Week 48 werkwoordelijke gezegde

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Werkwoordelijk gezegde 

Vandaag:

1. Uitleg Werkwoordelijk gezegde 
2.  Zelf aan de slag!
3.  Controle lesdoelen

LESDOEL:

Je weet wat een werkwoordelijk gezegde is en hoe je deze in een zin kunt vinden

Voorkennis ophalen

Wat weten jullie al over het begrip: Werkwoordelijk gezegde?

werkwoordelijk gezegde

Hoe vind je het werkwoordelijk gezegde?

• persoonsvorm+ alle werkwoorden in de zin

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

'Peter heeft gisteren zijn scooterrijbewijs gehaald'

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

1. De melk is niet te drinken.

2. Els schijnt al de hele tijd iets te hebben willen zeggen.

• De melk is niet te drinken.

• Els schijnt al de hele tijd iets te hebben willen zeggen.

Werkwoordelijk gezegde met te  of aan het

'te' en 'aan het' horen bij het werkwoordelijk gezegde, als deze voor het werkwoord staan.

1. Hij staat daar te huilen 
2. Op het schoolplein is groep 8 tikkertje aan het spelen.

Vul maar in..

Het werkwoordelijk gezegde bestaat uit .......................... in een zin. De ............ hoort altijd bij het werkwoordelijk gezegde. Het werkwoordelijk gezegde kan uit .................... werkwoord bestaan. Het woordje ..... en ............. horen ook bij het werkwoordelijk gezegde.

Nu zelf aan de slag!

Maak: Opdracht 1 t/m 3 (blz. 212)

Fluisterend overleggen. 

15 minuten

Klaar? Lees verder in je leesboek

Huiswerk: Morgen

• Je maakt opdracht 4 t/m 6 (blz. 213)