Depressie bij ouderen

Depressie bij ouderen 
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
e.voskuilen@albeda.nlMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Depressie bij ouderen 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat wordt verwacht?
Dat je oorzaken, symptomen en complicaties van de oudere zorgvrager een depressie kunt benoemen. Het doel is dat je zo een depressie tijdig kunt herkennen. 
Hiernaast wordt verwacht dat je weet wat jouw rol is bij de zorgtaken en inzetten van interventies. 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zie je, merk je aan iemand die depressief is (geweest)?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Dochter treft haar moeder aan met de gordijnen dicht en een stapel post op de deurmat. Haar moeder is somber, verwaarloost zichzelf en ruimt haar huis niet meer op. De dochter vermoedt dat haar moeder depressief is en zoekt hulp via de huisarts.  

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beschrijf in maximaal drie zinnen, wat volgens jou wordt verstaan onder een depressie

Slide 6 - Open vraag

Depressie is een ziekte van stemming en gevoelens (stemmingsstoornis) De kenmerkende symptomen zijn de sombere stemming, verminderde interesse, lichamelijke en psychologische symptomen.

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Depressie 
Er is sprake van een depressie als vijf symptomen tegelijk aanwezig zijn, inclusief neerslachtige stemming, en/of interesseverlies. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem minimaal één ander symptoom

Slide 10 - Woordweb

  1. Eetproblemen (gewichtstoename/-afname) 
  2. Slaapproblemen
  3. Geagiteerd en rusteloos zijn, of juist geremd.
  4. Vermoeidheid en verlies van energie
  5. Gevoelens van waardeloosheid of overmatige schuld
  6. Concentratieproblemen, vertraagd denken en besluiteloosheid
  7. Terugkerende gedachten aan dood of zelfdoding. 
Depressie geeft stoornissen in:
  1. In het gevoelsleven
  2. in het gedrag
  3. in het denken
  4. op het lichamelijk gebied.  

Slide 11 - Tekstslide

Psychische functies die verstoord kunnen zijn:
  • Expressie en psychomotoriek
  • Bewustzijn
  • Zelfbeleving
  • Waarneming
  • Denken
  • Gevoelsleven
  • Willen en verlangen 
Wat is een stoornis in gevoelsleven
A
initiatief verlies
B
tijdsbesef verstoord
C
geremdheid
D
verminderde libido

Slide 12 - Quizvraag

Stoornissen in gevoelsleven:
  • zwaarmoedigheid
  • onmacht
  • nutteloosheid
  • onwaardigheid
  • mn klachten in de ochtend
  • tijdsbesef verstoord
  • gebrek aan interesse 
Een stoornis in gedrag...
A
zelfverwaarlozing
B
persevereren
C
geen eetlust
D
gebrek aan interesse

Slide 13 - Quizvraag

Stoornis in gedrag:
  • Traagheid
  • initiatief verlies
  • zelfverwaarlozing
  • passiviteit 
Stoornis in denken...
A
passiviteit
B
slaapstoornissen
C
nutteloosheid
D
weifelachtigheid

Slide 14 - Quizvraag

Stoornis in denken:
  • Geremd
  • weifelachtigheid
  • verwardheid
  • persevereren
  • geheugen licht verstoord
  • trage opname van informatie
  • gestoorde eetlust
  • slaapstoornissen,
  • verminderde libido. 
Stoornis op lichamelijk gebied
A
tijdsbesef verstoord
B
verhoogde eetlust
C
geremd
D
passiviteit

Slide 15 - Quizvraag

Stoornis op lichamelijk gebied
  • gestoorde eetlust
  • slaapstoornissen
  • verminderde libido 
casus 
Mevrouw Van Kasteren is een 81-jarige vrouw met in haar voorgeschiedenis een traag werkende schildklier. Zij heeft kortgeleden haar man verloren. Zij woont zelfstandig en heeft weinig contact met andere mensen. De huisarts heeft bij haar een depressie gediagnosticeerd. Van de huisarts heeft zij nu het advies gekregen om twee keer per week naar de inlooplunch in het verzorgingstehuis om de hoek te gaan. Jij loopt hier stage en komt mevrouw daar tegen. Het valt je op dat het je veel energie kost om met mevrouw Van Kasteren te spreken.  

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke factoren lijken een rol te spelen bij depressie bij mevrouw?

Slide 17 - Woordweb

Gerelateerd aan de casus.
  • Biologische factor, hypothyreoïdie
  • psychische factor, verlies van haar man
  • sociale factor, weinig contact met andere mensen. 
Algemeen:
  • Biologische factoren: erfelijkheid/ neurotransmitters; eerder depressie gehad.
  • Psychologische factoren: trauma/ verlieservaring. 
  • Sociale factoren: eenzaamheid, opname, armoede 
Weet je een overeenkomst of verschil tussen depressie en dementie bij ouderen?

Slide 18 - Open vraag

Overeenkomst: korte termijn geheugen verstoord.

Verschil: bij een depressie is wel kans op genezing, reageert beter op medicatie, geen verlies van hersenweefsel, geen afasie, apraxie, alle leeftijden. 
Noem drie mogelijke behandeling voor de depressie van mevrouw van Kasteren

Slide 19 - Open vraag

Behandelmogelijkheden:
  • Medicatie
  • ECT
  • psychotherapie
  • dagstructurering
  • leefstijladviezen
  • aandacht voor voeding. 
  • activiteiten behgeleiding
  • adviezen over slapen
  • (lichttherapie) 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem 1 verpleegkundige interventie bij depressie.

Slide 22 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies