H5; Landschappen in Europa

1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

wie ben ik? even voorstellen :-)

Slide 2 - Open vraag

Slide 3 - Tekstslide

In de zomer is de zee ...................................dan het ............................. De lucht boven ............................  is koeler dan die boven ...................................   . Hierdoor is het in het binnenland van Europa ...................................   dan langs de kust. In de winter is het in het binnenland van Europa ................................... dan aan de kust. Dat komt doordat de zee ................................... dan is dan het land.
Leerlingen klaar? Slepen maar!
warmer
warmer
Koeler
Kouder
Land
Land
Zee

Slide 4 - Sleepvraag

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Noord
Zeeklimaat
Middellandse zeeklimaat
Landklimaat
Sneeuwklimaat
Toendraklimaat

Slide 10 - Sleepvraag

In eigen woorden; wat is het verschil tussen een land- en een zeeklimaat?

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Tekstslide

Leg uit hoe seizoenen ontstaan

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Welk reliëf zie je hier?

Slide 23 - Tekstslide

Welk reliëf zie je hier?

Slide 24 - Tekstslide

Wat is het hoogste reliëfniveau dat we in Nederland hebben?
A
Laagland
B
Heuvelland
C
Middelgebergte
D
Hooggebergte

Slide 25 - Quizvraag

Hoe noem je hoogteverschillen in het landschap?

Slide 26 - Open vraag

Slide 27 - Video

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Aan welke kant van de berg regent het?
A
Loefzijde
B
Lijzijde
C
Regenschaduw
D
Beide zijden

Slide 34 - Quizvraag

In het dal (op 0 meter) is het 24 graden. Hoe koud is het op de bergtop (4500 meter)?

Slide 35 - Open vraag

Als het in een dal op 500 m hoogte 9°C is, op welke hoogte is het dan 0°C?
A
0 meter
B
1000 meter
C
1500 meter
D
2000 meter

Slide 36 - Quizvraag

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide