Foutief beknopte bijzin

Welke twee zinnen zijn fout?
A
Liggend in het gras genoot ik van de warme zonnestralen.
B
Liggend in het gras scheen de zon behoorlijk fel.
C
De laatste nieuwtjes gingen proestend en giechelend over de tong.
D
De meisjes kwamen proestend en giechelend de klas binnen.
1 / 15
volgende
Slide 1: Quizvraag
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welke twee zinnen zijn fout?
A
Liggend in het gras genoot ik van de warme zonnestralen.
B
Liggend in het gras scheen de zon behoorlijk fel.
C
De laatste nieuwtjes gingen proestend en giechelend over de tong.
D
De meisjes kwamen proestend en giechelend de klas binnen.

Slide 1 - Quizvraag




Beknopte bijzin controleren

Slide 2 - Tekstslide

Wat is de beknopte bijzin?

A. Nadat de dronken Duitser een trekker had gestolen, veroorzaakte hij voor bijna 100.000 euro aan schade. 


B. Na een trekker te hebben gestolen, veroorzaakte de dronken Duitser voor bijna 100.000 euro aan schade. 

Slide 3 - Tekstslide



A
Nadat de dronken Duitser een trekker had gestolen, veroorzaakte zij voor bijna 100.000 euro aan schade.
B
Na een trekker te hebben gestolen, veroorzaakte de dronken Duitser voor bijna 100.000 euro aan schade.

Slide 4 - Quizvraag

Beknopte bijzin
Gewone bijzin: bevat een O en een PV.

Nadat de dronken Duitser (O) een trekker had (PV) gestolen, veroorzaakte (PV) hij (O) voor bijna 100.000 euro aan schade. 

Beknopte bijzin: bevat géén O en PV. 

Na een trekker te hebben gestolen, veroorzaakte (PV) de dronken Duitser (O) voor bijna 100.000 euro aan schade. 

Slide 5 - Tekstslide

Wat is het onderwerp?

A. Liggend in het gras genoot ik van de warme zonnestralen. 

B. Liggend in het gras scheen de zon behoorlijk fel. 

Slide 6 - Tekstslide

Wat is het denkbeeldige onderwerp van de beknopte bijzin?

A. [Liggend in het gras] genoot ik van de warme zonnestralen. 
Onderwerp hoofdzin = ik

B. [Liggend in het gras] scheen de zon behoorlijk fel. 
Onderwerp hoofdzin = de zon

Slide 7 - Tekstslide

Foute beknopte bijzin
A. [Liggend in het gras] genoot ik van de warme zonnestralen. 
Onderwerp hoofdzin = ik
Denkbeeldige onderwerp beknopte bijzin = ik

B. [Liggend in het gras] scheen de zon behoorlijk fel. 
Onderwerp hoofdzin = de zon
Denkbeeldige onderwerp beknopte bijzin = ik

Slide 8 - Tekstslide

Verbeteren


B. [Liggend in het gras] scheen de zon behoorlijk fel. 
--> voeg het juiste onderwerp (+ werkwoord) toe
Terwijl ik in het gras lag, scheen de zon behoorlijk fel. 


Slide 9 - Tekstslide

Wat is het onderwerp?

A. De laatste nieuwtjes gingen al proestend en giechelend over de tong. 


B. De meisjes kwamen al proestend en giechelend het klaslokaal binnen. 

Slide 10 - Tekstslide

Wat is het denkbeeldige onderwerp van de beknopte bijzin?

A. De laatste nieuwtjes gingen [al proestend en giechelend] over de tong. 
Onderwerp hoofdzin = de laatste nieuwtjes

B. De meisjes kwamen [al proestend en giechelend] het klaslokaal binnen. 
Onderwerp hoofdzin = de meisjes

Slide 11 - Tekstslide

Foute beknopte bijzin

A. De laatste nieuwtjes gingen [al proestend en giechelend] over de tong. 
Onderwerp hoofdzin = de laatste nieuwtjes
Denkbeeldige onderwerp beknopte bijzin =  de meisjes (of wat anders!)

B. De meisjes kwamen [al proestend en giechelend] het klaslokaal binnen. 
Onderwerp hoofdzin = de meisjes
Denkbeeldige onderwerp beknopte bijzin = de meisjes

Slide 12 - Tekstslide

Verbeteren

A. De laatste nieuwtjes gingen [al proestend en giechelend] over de tong. 
--> Voeg het juiste onderwerp (+ werkwoord) toe. 
Terwijl de laatste nieuwtjes over de tong gingen, proestten en giechelden zij


Slide 13 - Tekstslide

Foutief beknopte bijzin verbeteren

Voeg dus het juiste onderwerp (+ werkwoord) toe. 

VB: [Na de computer opnieuw opgestart te hebben], werkte het ding gelukkig weer. 
Onderwerp hoofdzin = het ding
Denkbeeldige onderwerp beknopte bijzin = ik

Verbeteren: [Nadat ik de computer opnieuw opgestart had], werkte het ding gelukkig weer. 

Slide 14 - Tekstslide

Oefenen!

H4 beknopte bijzin controleren
Maken: opdracht 1, 2 en 3

Slide 15 - Tekstslide