Goede voornemens

De les van vandaag
-baar
Splitsbare werkwoorden
Samen lezen 
Numo

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2PraktijkonderwijsLeerjaar 1,2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

De les van vandaag
-baar
Splitsbare werkwoorden
Samen lezen 
Numo

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke dag en datum is het vandaag?

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke maand is er voor januari?
A
Januari
B
Februari
C
November
D
December

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke datum is het nieuwjaarsdag
A
1-1
B
1-2
C
2-1
D
11-11

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk jaargetijde is het nu?
A
zomer
B
herfst
C
winter
D
lente

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Er zijn woorden met een stukje erachter,
dat is een achtervoegsel. Het achtervoegsel is meestal geen echt woord, maar geeft het kernwoord een andere betekenis.

Bijvoorbeeld: 
-loos: waardeloos = zonder waarde
-vol: waardevol = met veel waarde
-lijks: wekelijks = elke week
Achtervoegsels

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

voorvoegsels - achtervoegsels
zichtbaar                 je kunt het zien                           onzichtbaar
eetbaar                    je kunt het eten                           oneetbaar
brandbaar                het kan branden                       onbrandbaar
leefbaar                    je kunt  er leven                         onleefbaar
hoorbaar                  je kunt het horen                      onhoorbaar
betaalbaar              je kunt het betalen                   onbetaalbaar
merkbaar                  je merkt het                                onmerkbaar


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Welk achtervoegsel kies je?
beschik...
A
ing
B
baar
C
loos

Slide 8 - Quizvraag

Antwoord B: baar.
beschikbaar.

Welk achtervoegsel kies je?
plotsel..
A
ing
B
baar
C
loos

Slide 9 - Quizvraag

Antwoord A: ing.
plotseling.

Welk achtervoegsel kies je?
tast ..
A
ing
B
baar
C
loos

Slide 10 - Quizvraag

Antwoord B: baar.
tastbaar.
Theorie
Wat zijn splitsbare werkwoorden?

opeten
Ik eet die taart wel op.
nakijken
Mijn docent kijkt de toetsen altijd snel na.
uitnodigen
Wij nodigen jou uit.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Splitsbare werkwoorden
Is dit een splitsbaar werkwoord?

Aanschuiven

Ja!

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn splitsbare werkwoorden?
A
Werkwoorden die twee betekenissen hebben.
B
Werkwoorden die je in tweeën kunt delen
C
Woorden die twee keer opgeschreven worden.
D
Werkwoorden die niet goed opgeschreven zijn.

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een voorbeeld van een splitsbaar werkwoord?
A
fietsen
B
opbellen
C
vertellen
D
vergaderen

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is dit woord een splitsbaar werkwoord?

veranderen
A
ja
B
nee

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Splitsbaar werkwoord?
A
overleven
B
onderhouden
C
nakijken
D
overlijden

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het splitsbare werkwoord in de zin: Ik kan niet meer, ik geef het op.
A
kan meer
B
geef op

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Link

Deze slide heeft geen instructies

startkrant

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Elena en de Winkeldief
We gaan nu samen lezen.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag:
Taak taalklas

 Splitsbare werkwoorden

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies