Herhaling leesvaardigheid: wat is belangrijk M3

Vandaag:
  • Kort herhalen wat belangrijk is voor het proefwerk
  • Hoe kun je verder oefenen
  • Vragen? 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Vandaag:
  • Kort herhalen wat belangrijk is voor het proefwerk
  • Hoe kun je verder oefenen
  • Vragen? 

Slide 1 - Tekstslide

Leesstrategieën
  • Verkennend lezen: tekst bekijken, titel, tussenkopjes, plaatjes, eerste alinea. Zo bepaal je het onderwerp van een tekst!
  • Nauwkeurig lezen: hele tekst aandachtig lezen
  • Zoekend lezen: naar een bepaald antwoord zoeken
  • Studerend lezen: lezen om de informatie goed te onthouden

Slide 2 - Tekstslide

Opbouw van een tekst
  • Je hebt twee manieren om een tekst op te bouwen:
  • Driedeling: inleiding - kern - slot
  • Tweedeling: inleiding - kern
  • Als in de laatste alinea van een tekst nog nieuwe informatie wordt gegeven, hoort die bij de kern -> tweedeling
  • Als in de laatste alinea een samenvatting of conclusie wordt gegeven, wordt de tekst afgerond met slot -> driedeling

Slide 3 - Tekstslide

Alinea's
  • Teksten zijn opgebouwd uit alinea's, die hun eigen deelonderwerp behandelen 
  • Hoofdonderwerp: fiets, deelonderwerpen: slot, trappers, wiel, kettingkast, remmen....... 

Slide 4 - Tekstslide

Kernzin
  • Teksten zijn opgebouwd uit alinea's, die hun eigen deelonderwerp behandelen 
  • Iedere alinea bevat een KERNZIN: de belangrijkste zin van de alinea
  • Meestal is het de eerste zin, soms de laatste, heel soms de tweede zin 
  • De rest van de alinea legt de kernzin uit! Geeft details

Slide 5 - Tekstslide

Wat is de kernzin?
Onze zalen zijn zeer geschikt voor de bijeenkomsten die u wilt houden. De vier zalen die wij hebben, kunnen door flexibele wanden geschikt gemaakt worden voor groepen van elke grootte. Alle apparatuur voor het houden van presentaties is aanwezig.

Slide 6 - Tekstslide

Onze zalen zijn zeer geschikt voor de bijeenkomsten die u wilt houden. De vier zalen die wij hebben, kunnen door flexibele wanden geschikt gemaakt worden voor groepen van elke grootte. Alle apparatuur voor het houden van presentaties is aanwezig.
A
Onze zalen zijn zeer geschikt voor de bijeenkomsten...
B
De vier zalen die wij hebben, kunnen door flexibele wanden ......
C
Alle apparatuur voor het houden van........

Slide 7 - Quizvraag

Informatieve teksten
  • We kennen verschillende tekstdoelen: wat wil de schrijver bereiken met zijn tekst?
  • Informeren
  • Overtuigen
  • Activeren/overhalen
  • Amuseren

Slide 8 - Tekstslide

Informatieve teksten
  • Informatieve teksten worden geschreven om feitelijke informatie te geven aan de lezer. Veel te vinden in kranten en schoolboeken. 
  • Voorbeelden:
  • nieuwsberichten in kranten
  • Uiteenzetting in schoolboeken
  • Interview, handleiding, recepten......

Slide 9 - Tekstslide

Andere tekstdoelen
  • We kennen dus ook nog:
  • Overtuigen: bedoeld om de mening van de schrijver te weergeven -> recensie, betoog, ingezonden brief
  • Activeren: bedoeld om de lezer iets te laten DOEN (actie ondernemen) -> advertentie, oproep, stembiljet
  • Amuseren: bedoeld ter vermaak -> leesboek, stripverhaal, mop 

Slide 10 - Tekstslide

Belangrijk:
  • Je krijgt ook wat woordenschat. Maar hier kun je niet voor leren: je moet de betekenis van de woorden uit de teksten kunnen halen
  • Wees geduldig: lees rustig, aandachtig, neem een markeerstift mee! 

Slide 11 - Tekstslide

Objectieve informatie
  • Het is belangrijk dat je weet wat objectieve informatie is
  • Informatie waar de mening van de schrijver GEEN rol speelt; feitelijke informatie, neutrale informatie 
  • Tegenovergestelde is subjectieve informatie: doordrenkt met de mening van de schrijver 

Slide 12 - Tekstslide

Iedere tekst heeft een inleiding - kern - slot
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

De uitnodiging voor een ouderavond is voornamelijk een:
A
overtuigende tekst
B
activerende tekst
C
amuserende tekst
D
informerende tekst

Slide 14 - Quizvraag

De folder van de Albert Heijn is een
A
Activerende tekst
B
Overtuigende tekst
C
Informerende tekst
D
Amuserende tekst

Slide 15 - Quizvraag

De kernzin van een alinea is altijd de eerste zin
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Ik heb vertrouwen in het proefwerk!
A
Sowieso
B
100 procent
C
Helemaal niet
D
Zware onvoldoende

Slide 17 - Quizvraag

Iedereen een voldoende?
Ik trakteer

Slide 18 - Tekstslide